Deutsch
Detailübersetzungen für gleichfrequent (Deutsch) ins Niederländisch
gleichfrequent: (*Wort und Satz getrennt)
- gleich: gelijk; hetzelfde; net zo; identiek; eender; eenvormig; exact hetzelfde; geheel gelijk; zo; direct; zo meteen; vlak; strak; glad; plat; egaal; effen; geslepen; vlakuit; overeenkomend; op elkaar lijkend; onveranderd; gelijkvormig
- frequent: vaak; regelmatig; dikwijls; veelvuldig; meermaals; frequent; menigmaal