Deutsch
Detailübersetzungen für postfrisch (Deutsch) ins Niederländisch
postfrisch: (*Wort und Satz getrennt)
- Post: postkantoor; posterijen
- frisch: vers; versgebakken; fris; koel; luchtig; frisjes; nieuw; nieuwbakken; druk; bezet; drukbezet; kleurrijk; fleurig; bloeiend; kleurig; florissant; modern; hedendaags; eigentijds; onschuldig; levendig; vlekkeloos; rein; verhit; ongebruikt; onaangetast; geagiteerd; onbevlekt; onaangeroerd; ongeopend; onbedorven; onaangebroken; doodgemoedereerd; doodkalm; hooggekleurd
Wiktionary Übersetzungen für postfrisch:
postfrisch
adjective
-
Philatelie über Briefmarken: unbenutzt und makellos, wie sie von der Post ausgegeben werden
- postfrisch → postfris