Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
- skizzieren:
-
Wiktionary:
- skizzieren → schetsen, uitstippelen, tekenen, aftekenen, trekken, uittekenen, ontwerpen
- skizzieren → schetsen, uitstippelen
Deutsch
Detailübersetzungen für skizzieren (Deutsch) ins Niederländisch
skizzieren:
-
skizzieren (beschreiben; umschreiben; darstellen; abbilden; entwerfen; schildern)
-
skizzieren (im Konzept schreiben; entwerfen)
-
skizzieren (ins Leben rufen; machen; produzieren; herstellen; kreieren; schaffen; verfertigen; bilden; erschaffen; fabrizieren; entwickeln; tun; konstruieren; entwerfen; erzeugen; schöpfen; gestalten; erfinden; anfertigen; hervorbringen; formen; entstehen)
maken; scheppen; in het leven roepen-
in het leven roepen Verb (roep in het leven, roept in het leven, riep in het leven, riepen in het leven, in het leven geroepen)
Konjugationen für skizzieren:
Präsens
- skizziere
- skizzierst
- skizziert
- skizzieren
- skizziert
- skizzieren
Imperfekt
- skizzierte
- skizziertest
- skizzierte
- skizzierten
- skizziertet
- skizzierten
Perfekt
- habe skizziert
- hast skizziert
- hat skizziert
- haben skizziert
- habt skizziert
- haben skizziert
1. Konjunktiv [1]
- skizziere
- skizzierest
- skizziere
- skizzieren
- skizzieret
- skizzieren
2. Konjunktiv
- skizzierte
- skizziertest
- skizzierte
- skizzierten
- skizziertet
- skizzierten
Futur 1
- werde skizzieren
- wirst skizzieren
- wird skizzieren
- werden skizzieren
- werdet skizzieren
- werden skizzieren
1. Konjunktiv [2]
- würde skizzieren
- würdest skizzieren
- würde skizzieren
- würden skizzieren
- würdet skizzieren
- würden skizzieren
Diverses
- skizzier!
- skizziert!
- skizzieren Sie!
- skizziert
- skizzierend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Übersetzung Matrix für skizzieren:
Synonyms for "skizzieren":
Wiktionary Übersetzungen für skizzieren:
skizzieren
skizzieren
Cross Translation:
-
(transitiv) Bildende Kunst: eine mittels groben Strichen knapp gehaltene, bildliche Darstellung - die als Studie oder Vorzeichnung dienen kann - anfertigen
- skizzieren → schetsen
-
(transitiv) technisches Zeichnen; Architektur, Bauwesen, Kartographie, Mathematik, Technik: einen unausgefeilten, ungenauen Grundriss, Riss oder Schema zeichnerisch anlegen
- skizzieren → schetsen
-
(transitiv) übertragenen: etwas gerafft, stichwortartig darstellen
- skizzieren → schetsen; uitstippelen
-
(transitiv) übertragenen: etwas konzeptuell, notizenhaft entwerfen
- skizzieren → schetsen; uitstippelen
verb
-
met een minimum van pennenstreken een voorlopige en gewoonlijk uitwisbare afbeelding van iets maken
-
in overdrachtelijke zin: een korte maar rake beschrijving van iets geven
-
vooraf uitzoeken hoe het zal worden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• skizzieren | → tekenen; aftekenen; trekken; uittekenen | ↔ dessiner — Reeprésenter par un dessin |
• skizzieren | → ontwerpen; schetsen; uitstippelen | ↔ esquisser — (term, Beaux-Arts) dessiner, prendre en esquisse. |