Übersicht
Englisch nach Niederländisch: mehr Daten
- dullness:
-
dull:
- saai; vervelend; eentonig; suf; slaapverwekkend; monotoon; afgezaagd; ellendig; langdraadig; rot; langwijlig; lastig; melig; dom; onnozel; verstandeloos; achterlijk; stompzinnig; afgestompt; breinloos; onverstandig; hersenloos; geesteloos; idioot; onbenullig; stupide; stom; afstompend; geestdodend; mat; dof; glansloos; beslagen; flets; niet helder; duf; soezerig; versuft; daas; bot; onscherp; niet uitbundig; saaie; langdradig; taai; zonder afleiding; triest; mistroostig; somber; grauw; vreugdeloos; troosteloos; smakeloos; stijlloos; weerbarstig; koppig; stijfhoofdig; weerspannig; bokkig; dwars; zouteloos; ongeanimeerd; bleekrood; vaalrood
-
Wiktionary:
- dull → dom, mat, saai, stomp, bot, duf, lusteloos
- dull → laf, saai, bot, afstompen, verdierlijken, bot maken, lenigen, vergulden, verzoeten, melig, taai, vermoeiend, vervelend, dom, onbenullig, schaapachtig, stom, zwakhoofdig, mistroostig, naargeestig, somber, triestig, balorig, kregel, slechtgehumeurd, kregelig, gemelijk, akelig, naar, onaangenaam, verdrietelijk, bars, honds, nors, nurks, onaardig, onvriendelijk, stuurs, zuur, troosteloos, stomp, stomphoekig, dof, gesmoord, toonloos, idioot
Englisch
Detailübersetzungen für dullness (Englisch) ins Niederländisch
dullness:
-
the dullness (stupidity; vapidity)
-
the dullness (monotony; uniformity; boredom; paleness; sameness; sallowness; blandness; drabness)
-
the dullness (listlessness; apathy; tepidness)
-
the dullness (bleakness; blandness; drabness)
-
the dullness (vapidity)
-
the dullness (sallowness; blandness; paleness; wanness)
-
the dullness (greyness; monotony; achromatism; achromaticity)
-
the dullness (will-lessness; inertia)
Übersetzung Matrix für dullness:
Verwandte Wörter für "dullness":
Synonyms for "dullness":
Antonyme für "dullness":
Verwandte Definitionen für "dullness":
dull:
-
dull (boring; tedious; dreary)
-
dull (boring; dreadful)
saai; vervelend; ellendig; afgezaagd; langdraadig; rot; langwijlig; lastig; melig-
saai Adjektiv
-
vervelend Adjektiv
-
ellendig Adjektiv
-
afgezaagd Adjektiv
-
langdraadig Adjektiv
-
rot Adjektiv
-
langwijlig Adjektiv
-
lastig Adjektiv
-
melig Adjektiv
-
-
dull (boring; dreary; drab)
saai; eentonig; slaapverwekkend; monotoon-
saai Adjektiv
-
eentonig Adjektiv
-
slaapverwekkend Adjektiv
-
monotoon Adjektiv
-
-
dull (obtuse; stupid; dense)
dom; onnozel; verstandeloos; achterlijk; stompzinnig; afgestompt; breinloos; onverstandig; hersenloos; geesteloos; idioot; onbenullig; stupide-
dom Adjektiv
-
onnozel Adjektiv
-
verstandeloos Adjektiv
-
achterlijk Adjektiv
-
stompzinnig Adjektiv
-
afgestompt Adjektiv
-
breinloos Adjektiv
-
onverstandig Adjektiv
-
hersenloos Adjektiv
-
geesteloos Adjektiv
-
idioot Adjektiv
-
onbenullig Adjektiv
-
stupide Adjektiv
-
-
dull (boring; deadening)
saai; eentonig; suf; stom; afstompend; geestdodend-
saai Adjektiv
-
eentonig Adjektiv
-
suf Adjektiv
-
stom Adjektiv
-
afstompend Adjektiv
-
geestdodend Adjektiv
-
-
dull (mat; misty; frosted)
-
dull
-
dull (fusty)
-
dull (drowsy; muzzy; soporific; staggered; dozy; dopey; stupefied; sleepy; mindless)
-
dull (out of focus; blurred; blunt)
-
dull (weary; languid; tired; frosted)
– lacking in liveliness or animation 1 -
dull (matt)
-
dull (boring)
-
dull (tedious; boring; mindless)
saai; langdradig; taai; zonder afleiding-
saai Adjektiv
-
langdradig Adjektiv
-
taai Adjektiv
-
zonder afleiding Adjektiv
-
-
dull (dreary; gloomy; sad; grey; cheerless; joyless; drab)
triest; mistroostig; somber; grauw; vreugdeloos; troosteloos-
triest Adjektiv
-
mistroostig Adjektiv
-
somber Adjektiv
-
grauw Adjektiv
-
vreugdeloos Adjektiv
-
troosteloos Adjektiv
-
-
dull (without style; feeble; tasteless; corny; bland; vapid; silly)
-
dull (refractory; tenacious; obstinate; cross-grained; persevering; stubborn; recalcitrant; heady; pig-headed; tacky; viscous; persistent; rebellious; tedious; boring; grumpy; sullen; unrelenting; unyielding; mindless; stupefied; stern; surly; leathery; headstrong; tough)
weerbarstig; koppig; stijfhoofdig; weerspannig; bokkig; dwars-
weerbarstig Adjektiv
-
koppig Adjektiv
-
stijfhoofdig Adjektiv
-
weerspannig Adjektiv
-
bokkig Adjektiv
-
dwars Adjektiv
-
-
dull (saltless; flat; unsavoury; tasteless; unsavory)
-
dull (unanimated; lifeless)
ongeanimeerd-
ongeanimeerd Adjektiv
-
-
dull (faded red)
Übersetzung Matrix für dull:
Verwandte Wörter für "dull":
Synonyms for "dull":
Antonyme für "dull":
Verwandte Definitionen für "dull":
Wiktionary Übersetzungen für dull:
dull
Cross Translation:
adjective
dull
adjective
Cross Translation: