Terugkeer: niederländische und deutsche Suchergebnisse gefunden im Interglot Wörterbuch

Remove Ads

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

terugkeer:
- Rückkehr; Heimreise; Rückwechsel; Ankunft; Heimkunft; Comeback; Heimkehr; Heimkünfte; Heimfahrt
terugkeren:
- umkehren; umwenden; wiederherstellen
- Zurückkehren
Wiktionary:
- terugkeer → Wiederkehr, Zurückkunft, Wiedererscheinen
- terugkeren → zurückkehren
- terugkeren → zurückkehren, zurückkommen

Niederländisch

Detailübersetzungen für terugkeer (Niederländisch) ins Deutsch

terugkeer:

terugkeer [de ~ (m)] Nomen

de terugkeer (retour; terugreis)
die Rückkehr; die Heimreise; der Rückwechsel; die Ankunft; die Heimkunft; der Comeback; die Heimkehr; die Heimkünfte
- Rückkehr [die ~] Nomen
- Heimreise [die ~] Nomen
- Rückwechsel [der ~] Nomen
- Ankunft [die ~] Nomen
- Heimkunft [die ~] Nomen
- Comeback [der ~] Nomen
- Heimkehr [die ~] Nomen
- Heimkünfte [die ~] Nomen
de terugkeer (thuisreis; terugreis)
die Heimfahrt; die Heimreise; die Rückkehr
- Heimfahrt [die ~] Nomen
- Heimreise [die ~] Nomen
- Rückkehr [die ~] Nomen

Übersetzung Matrix für terugkeer:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Ankunft	retour; terugkeer; terugreis	aankomst; aankomsten; binnenkomst; entree; intocht; intrede; komst; rentree; thuiskomst
Comeback	retour; terugkeer; terugreis	rentree
Heimfahrt	terugkeer; terugreis; thuisreis
Heimkehr	retour; terugkeer; terugreis	rentree; thuiskomst
Heimkunft	retour; terugkeer; terugreis	rentree; thuiskomst
Heimkünfte	retour; terugkeer; terugreis	rentree
Heimreise	retour; terugkeer; terugreis; thuisreis	rentree; thuiskomst
Rückkehr	retour; terugkeer; terugreis; thuisreis	rentree; terugkomst; thuiskomst
Rückwechsel	retour; terugkeer; terugreis

Wiktionary Übersetzungen für terugkeer:

Cross Translation:

From	To	Via
• terugkeer	→ Wiederkehr; Zurückkunft; Wiedererscheinen	↔ rentrée — (1)

terugkeren:

terugkeren Verb (keer terug, keert terug, keerde terug, keerden terug, teruggekeerd)

terugkeren (terugkomen; retourneren; omkeren)
umkehren; umwenden
- umkehren Verb (kehre um, kehrst um, kehrt um, kehrte um, kehrtet um, umgekehrt)
- umwenden Verb (wende um, wendest um, wendet um, wendete um, wendetet um, umgewendet)
terugkeren
wiederherstellen
- wiederherstellen Verb (herstelle wieder, herstellst wieder, herstellt wieder, herstellte wieder, herstelltet wieder, wiederherstellt)

Konjugationen für terugkeren:

o.t.t.

keer terug
keert terug
keert terug
keren terug
keren terug
keren terug

o.v.t.

keerde terug
keerde terug
keerde terug
keerden terug
keerden terug
keerden terug

v.t.t.

ben teruggekeerd
bent teruggekeerd
is teruggekeerd
zijn teruggekeerd
zijn teruggekeerd
zijn teruggekeerd

v.v.t.

was teruggekeerd
was teruggekeerd
was teruggekeerd
waren teruggekeerd
waren teruggekeerd
waren teruggekeerd

o.t.t.t.

zal terugkeren
zult terugkeren
zal terugkeren
zullen terugkeren
zullen terugkeren
zullen terugkeren

o.v.t.t.

zou terugkeren
zou terugkeren
zou terugkeren
zouden terugkeren
zouden terugkeren
zouden terugkeren

diversen

keer terug!
keert terug!
teruggekeerd
terugkerend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

terugkeren [znw.] Nomen

terugkeren (rentrees)
Zurückkehren
- Zurückkehren [das ~] Nomen

Übersetzung Matrix für terugkeren:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Zurückkehren	rentrees; terugkeren
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
umkehren	omkeren; retourneren; terugkeren; terugkomen	draaien; iets omdraaien; kantelen; keren; omkeren; rollen; ronddraaien; roteren; teruggaan; wederkeren; weerkeren; wenden; wentelen; zich omdraaien; zwenken
umwenden	omkeren; retourneren; terugkeren; terugkomen	draaien; iets omdraaien; kantelen; omkeren; rollen; ronddraaien; roteren; wentelen
wiederherstellen	terugkeren	fiksen; goedmaken; hernieuwen; herstellen; in orde brengen; in orde maken; maken; rechtzetten; renoveren; repareren; terugzetten; verbeteren; vernieuwen; verstellen
-	retourneren

Wiktionary Übersetzungen für terugkeren:

terugkeren

verb

gaan naar een plaats waar men eerder vandaan kwam
- terugkeren → zurückkehren

Cross Translation:

From	To	Via
• terugkeren	→ zurückkehren; zurückkommen	↔ return — to come back after some period of time, or at regular intervals

Remove Ads

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: terugkeer

Detailübersetzungen für terugkeer (Niederländisch) ins Deutsch

terugkeer:

terugkeer [de ~ (m)] Nomen

de terugkeer (retour; terugreis)

de terugkeer (thuisreis; terugreis)

Übersetzung Matrix für terugkeer:

Verwandte Wörter für "terugkeer":

Wiktionary Übersetzungen für terugkeer:

terugkeren:

terugkeren Verb (keer terug, keert terug, keerde terug, keerden terug, teruggekeerd)

terugkeren (terugkomen; retourneren; omkeren)

terugkeren

Konjugationen für terugkeren:

o.t.t.

o.v.t.

v.t.t.

v.v.t.

o.t.t.t.

o.v.t.t.

diversen

terugkeren [znw.] Nomen

terugkeren (rentrees)

Übersetzung Matrix für terugkeren:

Verwandte Wörter für "terugkeren":

Wiktionary Übersetzungen für terugkeren: