Übersicht
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
- aanvullen:
-
Wiktionary:
- aanvullen → ergänzen, auffüllen
- aanvullen → vermehren, erhöhen, vergrößern, ergänzen, komplettieren, aufbessern, füllen, ausfüllen, erfüllen, vervollständigen
Niederländisch
Detailübersetzungen für aanvullen (Niederländisch) ins Deutsch
aanvullen:
-
aanvullen (completeren; toevoegen; voltallig maken)
komplettieren; vervollständigen-
komplettieren Verb (komplettiere, komplettierst, komplettiert, komplettierte, komplettiertet, komplettiert)
-
vervollständigen Verb (vervollständige, vervollständigst, vervollständigt, vervollständigte, vervollständigtet, vervollständigt)
-
Konjugationen für aanvullen:
o.t.t.
- vul aan
- vult aan
- vult aan
- vullen aan
- vullen aan
- vullen aan
o.v.t.
- vulde aan
- vulde aan
- vulde aan
- vulden aan
- vulden aan
- vulden aan
v.t.t.
- heb aangevuld
- hebt aangevuld
- heeft aangevuld
- hebben aangevuld
- hebben aangevuld
- hebben aangevuld
v.v.t.
- had aangevuld
- had aangevuld
- had aangevuld
- hadden aangevuld
- hadden aangevuld
- hadden aangevuld
o.t.t.t.
- zal aanvullen
- zult aanvullen
- zal aanvullen
- zullen aanvullen
- zullen aanvullen
- zullen aanvullen
o.v.t.t.
- zou aanvullen
- zou aanvullen
- zou aanvullen
- zouden aanvullen
- zouden aanvullen
- zouden aanvullen
diversen
- vul aan!
- vult aan!
- aangevuld
- aanvullende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
aanvullen
Übersetzung Matrix für aanvullen:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Anfühlen | aftasten; afvoelen; tasten; voelen | |
Anfüllen | aanvullen | aanplempen |
Anschütten | aanvullen | aanplempen; volstorten; volstorting |
Zufügen | aanvullen | |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
komplettieren | aanvullen; completeren; toevoegen; voltallig maken | afmaken; afronden; compleet maken; completeren; laatste gedeelte afmaken; perfectioneren; vervolledigen; vervolmaken; volledig maken; voltooien |
vervollständigen | aanvullen; completeren; toevoegen; voltallig maken | afmaken; afronden; compleet maken; completeren; laatste gedeelte afmaken; perfectioneren; vervolledigen; vervolmaken; volledig maken; voltooien |
Wiktionary Übersetzungen für aanvullen:
aanvullen
aanvullen
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• aanvullen | → vermehren; erhöhen; vergrößern | ↔ augment — to increase, make larger or supplement |
• aanvullen | → ergänzen | ↔ complement — to complete |
• aanvullen | → komplettieren; ergänzen | ↔ complete — to make whole or entire |
• aanvullen | → aufbessern | ↔ eke out — supplement |
• aanvullen | → füllen | ↔ fill — add contents to, so it is full |
• aanvullen | → ausfüllen; erfüllen; vervollständigen | ↔ compléter — rendre complet. |