Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. injagen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für injagen (Niederländisch) ins Deutsch

injagen:

injagen Verb (jaag in, jaagt in, joeg in, joegen in, ingejaagd)

  1. injagen

Konjugationen für injagen:

o.t.t.
  1. jaag in
  2. jaagt in
  3. jaagt in
  4. jagen in
  5. jagen in
  6. jagen in
o.v.t.
  1. joeg in
  2. joeg in
  3. joeg in
  4. joegen in
  5. joegen in
  6. joegen in
v.t.t.
  1. heb ingejaagd
  2. hebt ingejaagd
  3. heeft ingejaagd
  4. hebben ingejaagd
  5. hebben ingejaagd
  6. hebben ingejaagd
v.v.t.
  1. had ingejaagd
  2. had ingejaagd
  3. had ingejaagd
  4. hadden ingejaagd
  5. hadden ingejaagd
  6. hadden ingejaagd
o.t.t.t.
  1. zal injagen
  2. zult injagen
  3. zal injagen
  4. zullen injagen
  5. zullen injagen
  6. zullen injagen
o.v.t.t.
  1. zou injagen
  2. zou injagen
  3. zou injagen
  4. zouden injagen
  5. zouden injagen
  6. zouden injagen
en verder
  1. ben ingejaagd
  2. bent ingejaagd
  3. is ingejaagd
  4. zijn ingejaagd
  5. zijn ingejaagd
  6. zijn ingejaagd
diversen
  1. jaag in!
  2. jaagt in!
  3. ingejaagd
  4. injagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für injagen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
hineinjagen in injagen
jagen in injagen

Computerübersetzung von Drittern: