Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->übersetze opperst

übersetze opperst von Niederländische ins Deutsch

Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. opperst:
  2. oppersen:
  3. Wiktionary:

Niederländisch

Detailübersetzungen für opperst (Niederländisch) ins Deutsch

opperst:

opperst Adjektiv

  1. opperst (allerhoogst; hoogst)
    höchste; oberste
  2. opperst (bovenst)
    obere; höchst; oberste; oberer; oberster; oberes; oberstes

Übersetzung Matrix für opperst:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
höchst bovenst; opperst bijzonder; buitengemeen; buitengewoon; ergst; extreem; grootst; hoogst; hoogste; maximaal; meest; opperste; uiteindelijk; uiterst; voornaamst; zeer
höchste allerhoogst; hoogst; opperst bovenste; grootste; hoogste; meeste; opperste; voornaamst
obere bovenst; opperst
oberer bovenst; opperst
oberes bovenst; opperst
oberste allerhoogst; bovenst; hoogst; opperst bovenste; eersteklas; eersterangs; hoogste; opperste; top; tot de beste klasse behorend; uitstekend; voornaamst
oberster bovenst; opperst
oberstes bovenst; opperst

Wiktionary Übersetzungen für opperst:

Cross Translation:
FromToVia
• opperst → höchster; oberster ↔ supreme — dominant

opperst form of oppersen:

oppersen Verb (pers op, perst op, perste op, persten op, opgeperst)

  1. oppersen
    aufbügeln; hinaufdrücken
    • aufbügeln Verb (bügele auf, bügelst auf, bügelt auf, bügelte auf, bügeltet auf, aufgebügelt)

Konjugationen für oppersen:

o.t.t.
  1. pers op
  2. perst op
  3. perst op
  4. persen op
  5. persen op
  6. persen op
o.v.t.
  1. perste op
  2. perste op
  3. perste op
  4. persten op
  5. persten op
  6. persten op
v.t.t.
  1. heb opgeperst
  2. hebt opgeperst
  3. heeft opgeperst
  4. hebben opgeperst
  5. hebben opgeperst
  6. hebben opgeperst
v.v.t.
  1. had opgeperst
  2. had opgeperst
  3. had opgeperst
  4. hadden opgeperst
  5. hadden opgeperst
  6. hadden opgeperst
o.t.t.t.
  1. zal oppersen
  2. zult oppersen
  3. zal oppersen
  4. zullen oppersen
  5. zullen oppersen
  6. zullen oppersen
o.v.t.t.
  1. zou oppersen
  2. zou oppersen
  3. zou oppersen
  4. zouden oppersen
  5. zouden oppersen
  6. zouden oppersen
en verder
  3. is opgeperst
  6. zijn opgeperst
diversen
  1. pers op!
  2. perst op!
  5. opgeperst
  6. oppersend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für oppersen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aufbügeln oppersen
hinaufdrücken oppersen







Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0332 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden