Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. prefereren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für prefereren (Niederländisch) ins Deutsch

prefereren:

prefereren Verb (prefereer, prefereert, prefereerde, prefereerden, geprefereerd)

  1. prefereren (verkiezen)
    bevorzugen; vorziehen; wählen
    • bevorzugen Verb (bevorzuge, bevorzugst, bevorzugt, bevorzugte, bevorzugtet, bevorzug)
    • vorziehen Verb
    • wählen Verb (wähle, wählst, wählt, wählte, wähltet, gewählt)

Konjugationen für prefereren:

o.t.t.
  1. prefereer
  2. prefereert
  3. prefereert
  4. prefereren
  5. prefereren
  6. prefereren
o.v.t.
  1. prefereerde
  2. prefereerde
  3. prefereerde
  4. prefereerden
  5. prefereerden
  6. prefereerden
v.t.t.
  1. heb geprefereerd
  2. hebt geprefereerd
  3. heeft geprefereerd
  4. hebben geprefereerd
  5. hebben geprefereerd
  6. hebben geprefereerd
v.v.t.
  1. had geprefereerd
  2. had geprefereerd
  3. had geprefereerd
  4. hadden geprefereerd
  5. hadden geprefereerd
  6. hadden geprefereerd
o.t.t.t.
  1. zal prefereren
  2. zult prefereren
  3. zal prefereren
  4. zullen prefereren
  5. zullen prefereren
  6. zullen prefereren
o.v.t.t.
  1. zou prefereren
  2. zou prefereren
  3. zou prefereren
  4. zouden prefereren
  5. zouden prefereren
  6. zouden prefereren
en verder
  1. ben geprefereerd
  2. bent geprefereerd
  3. is geprefereerd
  4. zijn geprefereerd
  5. zijn geprefereerd
  6. zijn geprefereerd
diversen
  1. prefereer!
  2. prefereert!
  3. geprefereerd
  4. preferend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für prefereren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bevorzugen prefereren; verkiezen begunstigen; bevoordelen; bevoorrechten; doneren; geven; schenken; voorrechten toekennen; voorschuiven; voortrekken
vorziehen prefereren; verkiezen naar voren plaatsen; vervroegen; vroeger uitvoeren dan gepland
wählen prefereren; verkiezen kiezen; stemmen; zijn stem uitbrengen

Wiktionary Übersetzungen für prefereren:

prefereren
verb
  1. de voorkeur geven
prefereren
verb
  1. transitiv: etwas einer anderen Sache den Vorzug geben, eine Präferenz/Vorliebe für etwas haben

Cross Translation:
FromToVia
prefereren bevorzugen; den Vorzug geben; vorziehen aimer mieuxpréférer, aimer une chose par préférence à une autre.
prefereren vorziehen; bevorzugen; Vorzug préférer — Mettre au-dessus, aimer mieux, se déterminer en faveur d’une personne, d’une chose plutôt que d’une autre.