Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. prutsers:
  2. prutser:


Niederländisch

Detailübersetzungen für prutsers (Niederländisch) ins Deutsch

prutsers:

prutsers [de ~] Nomen, Plural

  1. de prutsers
    der Stümper; der Pfuscher

Übersetzung Matrix für prutsers:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Pfuscher prutsers beunhaas; klungel; klungelaar; klungels; knoeier; koekenbakker; kruk; prutser; rommelaar; stoethaspel; stumper
Stümper prutsers arme drommel; beunhaas; druiloor; idioot; kalfskop; klungel; klungelaar; klungels; knoeier; knoeipot; koekenbakker; kruk; morser; oen; onnozelaar; onnozele; onnozele hals; prutser; roffelaar; rommelaar; rund; schaapskop; schapenkop; stakker; stakkerd; stoethaspel; stommeling; stommerd; stommerik; stumper; sukkel; sukkelaar; sul; zielenpiet

Verwandte Wörter für "prutsers":


prutser: