Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. omstandigheden:
  2. omstandigheid:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für omstandigheden (Niederländisch) ins Englisch

omstandigheden:

omstandigheden [de ~] Nomen, Plural

  1. de omstandigheden (context)
    the circumstances
    the context
    – the set of facts or circumstances that surround a situation or event 1
    • context [the ~] Nomen
      • the historical context1
  2. de omstandigheden (situatie; omstandigheid; toestand)
    the situation

Übersetzung Matrix für omstandigheden:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
circumstances context; omstandigheden beding; condities; voorwaarde; voorwaarden
context context; omstandigheden context; tekstverband; zinsverband
situation omstandigheden; omstandigheid; situatie; toestand conditie; gesteldheid; levensomstandigheden; ligging; locatie; positie; staat; stand van zaken; toestand

Verwandte Wörter für "omstandigheden":


Wiktionary Übersetzungen für omstandigheden:


Cross Translation:
FromToVia
omstandigheden condition; stipulation; provision; proviso; term; requirement conditionnature, état ou qualité d’une chose ou d’une personne.

omstandigheid:

omstandigheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de omstandigheid (breedvoerigheid; uitvoerigheid; breedsprakigheid)
    the prolixity
  2. de omstandigheid (situatie; omstandigheden; toestand)
    the situation

Übersetzung Matrix für omstandigheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
prolixity breedsprakigheid; breedvoerigheid; omstandigheid; uitvoerigheid omslachtigheid
situation omstandigheden; omstandigheid; situatie; toestand conditie; gesteldheid; levensomstandigheden; ligging; locatie; positie; staat; stand van zaken; toestand

Verwandte Wörter für "omstandigheid":


Verwandte Definitionen für "omstandigheid":

  1. wat samengaat met een gebeurtenis2
    • in deze omstandigheden kan ik niet werken2

Wiktionary Übersetzungen für omstandigheid:

omstandigheid
noun
  1. hoe de zaken er voorliggen
omstandigheid
noun
  1. event; fact; particular incident
  2. that which attends, or relates to, or in some way affects, a fact or event

Cross Translation:
FromToVia
omstandigheid circumstance circonstanceparticularité qui accompagner et distinguer un fait, une situation, etc.