Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Englisch ->Suche: huishouden

Niederländische und englische Suchergebnisse für: huishouden

Übersicht

Niederländisch nach Englisch: mehr Daten

huishouden:
- housekeeping; household
Wiktionary:
- huishouden → household

Niederländisch

Detailübersetzungen für huishouden (Niederländisch) ins Englisch

huishouden:

huishouden [het ~] Nomen

het huishouden (huishouding)
the housekeeping
- housekeeping [the ~] Nomen
het huishouden
the household
- household [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für huishouden:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
household	huishouden	familie; gezin; huisgezin
housekeeping	huishouden; huishouding

Verwandte Wörter für "huishouden":

huishoudens, huishoudentje, huishoudentjes

Synonyms for "huishouden":

Verwandte Definitionen für "huishouden":

al het werk dat in huis gedaan moet worden¹
- zijn vrouw zorgt voor het huishouden¹
bewoners van een huis, gezin¹
- het is een rommelig huishouden bij die studenten¹

Wiktionary Übersetzungen für huishouden:

Cross Translation:

From	To	Via
• huishouden	→ household	↔ ménage — Ensemble des personnes dont une famille est composée.

¹Muiswerk Woordenboek