Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. deskundigheid:
  2. deskundig:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für deskundigheid (Niederländisch) ins Englisch

deskundigheid:


deskundigheid form of deskundig:

deskundig Adjektiv

  1. deskundig (oordeelkundig; vakbekwaam; vakkundig; competent; ter zake kundig)
    competent; capable; efficient; good; able

Übersetzung Matrix für deskundig:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
good artikel; ding; goed; item; object; product; voorwerp; zaak
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
able competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bedreven; behendig; bekwaam; capabel; competent; fysiek in staat; geoefend; geschikt; handig; in staat; intelligent; knap; kundig; vaardig
capable competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bedreven; behendig; bekwaam; capabel; competent; fysiek in staat; geoefend; geschikt; handig; in staat; intelligent; knap; kundig; vaardig
competent competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bekwaam; bevoegd; capabel; competent; gediplomeerd; gekwalificeerd; geschikt; rechtsbevoegd
efficient competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig adequaat; bekwaam; capabel; competent; de moeite waard; doelmatig; doeltreffend; effectief; efficiënt; gepast; geschikt; juist; krachtig; lonend; passend
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
good competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig aangenaam; akkoord; behaaglijk; bekwaam; braaf; capabel; competent; deugdzaam; fijn; geschikt; in orde; leuk; lief; mee eens; plezant; plezierig; prettig; voorbeeldig; zoet

Verwandte Wörter für "deskundig":


Wiktionary Übersetzungen für deskundig:

deskundig
adjective
  1. met kennis van zaken
deskundig
noun
  1. expert
adjective
  1. expert

Cross Translation:
FromToVia
deskundig competent; able; accomplished; capable; efficient; skilled compétent — juri|fr Qui appartenir, qui est dû en vertu de certains droits. Il ne se dit, en ce sens, que d’une portion de quelque bien, de quelque domaine.