Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Englisch ->übersetze kruikje

übersetze kruikje von Niederländische ins Englisch

Übersicht

Niederländisch nach Englisch: mehr Daten

kruikje:
- jar; pitcher
kruik:
- pitcher; jug; jar; stone bottle; water jar; stoppered bottle
Wiktionary:
- kruik → jug, hot water bottle
- kruik → amphora, box, container, bucket, can, case, crate, pot, chest, pail, tin, urn, tub, vat, jug, pitcher

Niederländisch

Detailübersetzungen für kruikje (Niederländisch) ins Englisch

kruikje:

kruikje [het ~] Nomen

het kruikje
the jar; the pitcher
- jar [the ~] Nomen
- pitcher [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für kruikje:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
jar	kruikje	kruik; pul; stopfles; tonnetje; vaatje
pitcher	kruikje	gooier; kruik; pul; waterkruik; werper

Verwandte Wörter für "kruikje":

kruik

kruikje form of kruik:

kruik [de ~] Nomen

de kruik (pul)
the pitcher; the jug; the jar; the stone bottle
- pitcher [the ~] Nomen
- jug [the ~] Nomen
- jar [the ~] Nomen
- stone bottle [the ~] Nomen
de kruik (waterkruik)
the water jar; the pitcher
- water jar [the ~] Nomen
- pitcher [the ~] Nomen
de kruik (stopfles)
the stoppered bottle; the jar
- stoppered bottle [the ~] Nomen
- jar [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für kruik:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
jar	kruik; pul; stopfles	kruikje; tonnetje; vaatje
jug	kruik; pul	kan; kannetje; kit; kolenbak; kolenemmer; kolenkit; kroes; lampetkan; lampetkom; schenkkan; schenkkannetje
pitcher	kruik; pul; waterkruik	gooier; kruikje; werper
stone bottle	kruik; pul
stoppered bottle	kruik; stopfles
water jar	kruik; waterkruik

Verwandte Wörter für "kruik":

kruiken, kruikje

Wiktionary Übersetzungen für kruik:

kruik

noun

serving vessel
- jug → kan; kruik
a flexible bottle for heat therapy
- hot water bottle → kruik; warmwaterkruik

Cross Translation:

From	To	Via
• kruik	→ amphora	↔ amphore — antiq\|fr grand vase à deux anses dans lequel on mettre le vin, l’huile.
• kruik	→ box; container; bucket; can; case; crate; pot; chest; pail; tin; urn; tub; vat	↔ baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
• kruik	→ jug; pitcher; pot	↔ cruche — récipient à anse