Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. potverteren:


Niederländisch

Detailübersetzungen für potverteren (Niederländisch) ins Englisch

potverteren:

potverteren Verb (potverteer, potverteert, potverteerde, potverteerden, potverteerd)

  1. potverteren (opmaken)
    to squander; to spend
    • squander Verb (squanders, squandered, squandering)
    • spend Verb (spends, spent, spending)

Konjugationen für potverteren:

o.t.t.
  1. potverteer
  2. potverteert
  3. potverteert
  4. potverteren
  5. potverteren
  6. potverteren
o.v.t.
  1. potverteerde
  2. potverteerde
  3. potverteerde
  4. potverteerden
  5. potverteerden
  6. potverteerden
v.t.t.
  1. heb potverteerd
  2. hebt potverteerd
  3. heeft potverteerd
  4. hebben potverteerd
  5. hebben potverteerd
  6. hebben potverteerd
v.v.t.
  1. had potverteerd
  2. had potverteerd
  3. had potverteerd
  4. hadden potverteerd
  5. hadden potverteerd
  6. hadden potverteerd
o.t.t.t.
  1. zal potverteren
  2. zult potverteren
  3. zal potverteren
  4. zullen potverteren
  5. zullen potverteren
  6. zullen potverteren
o.v.t.t.
  1. zou potverteren
  2. zou potverteren
  3. zou potverteren
  4. zouden potverteren
  5. zouden potverteren
  6. zouden potverteren
diversen
  1. potverteer!
  2. potverteert!
  3. potverteerd
  4. potverterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für potverteren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
spend opmaken; potverteren besteden; doorbrengen; doorjagen; iets uitgeven; opmaken; slijten; spenderen; uitgeven; verbruiken
squander opmaken; potverteren verboemelen; verbrassen; verdoen; verkopen; verkwanselen; verkwisten; versjacheren; verspillen