Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. flakkeren:
  2. flakker:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für flakkeren (Niederländisch) ins Spanisch

flakkeren:

flakkeren Verb

  1. flakkeren (vlammen; flikkeren)

Übersetzung Matrix für flakkeren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
oscilar flakkeren; flikkeren; vlammen deinen; golven; heen en weer zwaaien; laaien; oscilleren; rondslingeren; slingeren; slippen; uitglijden; wiegelen; zwaaien; zwenken

Verwandte Wörter für "flakkeren":


Wiktionary Übersetzungen für flakkeren:


Cross Translation:
FromToVia
flakkeren flamear; ondear ondoyerremuer, se mouvoir à la manière des ondes.
flakkeren rielar; centellear; flamear; deflagrar scintillerbriller, jeter des éclats par intermittence.
flakkeren flamear; deflagrar vacillerchanceler ; trembler ; n’être pas bien ferme.

flakkeren form of flakker:

flakker [znw.] Nomen

  1. flakker (vonk; glinstering)
    la centella

Übersetzung Matrix für flakker:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
centella flakker; glinstering; vonk

Verwandte Wörter für "flakker":