Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. karakteriserend:
  2. karakteriseren:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für karakteriserend (Niederländisch) ins Spanisch

karakteriserend:

karakteriserend Adjektiv

  1. karakteriserend

Übersetzung Matrix für karakteriserend:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
caracterizante karakteriserend beschrijvend; karakteristiek; kenmerkend; kenschetsend; tekenend; typerend; typisch
característico karakteriserend apart; beschrijvend; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; dwaas; eigenaardig; excentriek; frappant; gek; in het oog lopend; in het oog springend; karakteristiek; kenmerkend; kenschetsend; maf; mal; merkwaardig; ongewoon; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; saillant; tekenend; treffend; typerend; typisch; vreemd; zonderling
característico de karakteriserend autochtoon; beschrijvend; inheems; inlands; karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch
descriptivo karakteriserend beschrijvend; karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch
típico karakteriserend apart; beschrijvend; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; dwaas; eigenaardig; excentriek; frappant; gek; in het oog lopend; in het oog springend; karakteristiek; kenmerkend; kenschetsend; maf; mal; merkwaardig; ongewoon; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; saillant; tekenend; treffend; typerend; typisch; vreemd; zonderling
típico de karakteriserend beschrijvend; karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch

karakteriseren:

karakteriseren Verb (karakteriseer, karakteriseert, karakteriseerde, karakteriseerden, gekarakteriseerd)

  1. karakteriseren (kenschetsen; kenmerken; typeren)
  2. karakteriseren (kenmerken; tekenen; typeren; kenschetsen)

Konjugationen für karakteriseren:

o.t.t.
  1. karakteriseer
  2. karakteriseert
  3. karakteriseert
  4. karakteriseren
  5. karakteriseren
  6. karakteriseren
o.v.t.
  1. karakteriseerde
  2. karakteriseerde
  3. karakteriseerde
  4. karakteriseerden
  5. karakteriseerden
  6. karakteriseerden
v.t.t.
  1. heb gekarakteriseerd
  2. hebt gekarakteriseerd
  3. heeft gekarakteriseerd
  4. hebben gekarakteriseerd
  5. hebben gekarakteriseerd
  6. hebben gekarakteriseerd
v.v.t.
  1. had gekarakteriseerd
  2. had gekarakteriseerd
  3. had gekarakteriseerd
  4. hadden gekarakteriseerd
  5. hadden gekarakteriseerd
  6. hadden gekarakteriseerd
o.t.t.t.
  1. zal karakteriseren
  2. zult karakteriseren
  3. zal karakteriseren
  4. zullen karakteriseren
  5. zullen karakteriseren
  6. zullen karakteriseren
o.v.t.t.
  1. zou karakteriseren
  2. zou karakteriseren
  3. zou karakteriseren
  4. zouden karakteriseren
  5. zouden karakteriseren
  6. zouden karakteriseren
en verder
  1. ben gekarakteriseerd
  2. bent gekarakteriseerd
  3. is gekarakteriseerd
  4. zijn gekarakteriseerd
  5. zijn gekarakteriseerd
  6. zijn gekarakteriseerd
diversen
  1. karakteriseer!
  2. karakteriseert!
  3. gekarakteriseerd
  4. karakteriserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für karakteriseren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
caracterizar karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren aftekenen; contrasteren; paraferen; uitbeelden; uitdrukken; uitdrukking geven aan; uiten; uiting geven aan; verbeelden; verpersonificeren; vertolken; verwoorden
describir karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren afschilderen; bepalen; beschrijven; definiëren; doen lijken; omschrijven; schetsen; weergeven
distinguir karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren aankijken; aanschouwen; bekijken; bemerken; beseffen; differentiëren; doorzien; een ereteken geven; gadeslaan; gewaarworden; horen; inzien; kijken; merken; observeren; onderkennen; onderscheid maken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; realiseren; signaleren; staren; te zien krijgen; toeschouwen; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; van elkaar onderscheiden; voelen; waarnemen; zien
tipificar karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren

Wiktionary Übersetzungen für karakteriseren:

karakteriseren
verb
  1. (overgankelijk) kenmerken