Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. liefkozing:


Niederländisch

Detailübersetzungen für liefkozing (Niederländisch) ins Spanisch

liefkozing:

liefkozing [de ~ (v)] Nomen

  1. de liefkozing (streling; aanhalen; vleien; )
    la caricia
  2. de liefkozing (knuffel)
    el abrazo
  3. de liefkozing (geknuffel)
    la caricias; la caricia; el mimo
  4. de liefkozing (tederheid; zachtheid; gevoeligheid; innigheid; hartelijkheid)
    la suavidad; la ternura; la dulzura; el cariño; la afición; el amor; el apasionamiento

Übersetzung Matrix für liefkozing:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abrazo knuffel; liefkozing omarming; omhelzing
afición gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid dilettantisme; genegenheid; innigheid; liefde; liefhebberij; tijdverdrijf
amor gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid aandrift; beminde; drift; duifje; geliefde; genegenheid; gezel; hartje; hartsvriendin; innigheid; instinct; kameraadje; liefde; liefje; liefste; lieve; maatje; minnares; poepje; scharreltje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes; vriendin; vriendinnetje
apasionamiento gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid aandrift; drift; enthousiasme; gedrevenheid; instinct
caricia aai; aaiing; aanhalen; aanhaling; geknuffel; gestreel; liefkozing; streling; vleien
caricias geknuffel; liefkozing
cariño gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid beminde; dot; duifje; geliefde; genegenheid; gezelschapsdier; innigheid; kindlief; lekkertje; liefde; liefje; liefste; lieve; poepje; scharreltje; schat; schatje; schattebout; schatteboutje; schattig kind; scheetje; snoes; snoezepoes; toegenegenheid; troetel; vriendin; vriendinnetje; vrouwlief
dulzura gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid clementie; compassie; goedaardigheid; goedertierenheid; goedheid; goedigheid; goedmoedigheid; lekkers; liefheid; mildheid; snoepgoed; snoepjes; toegevendheid; tolerantie; verdraagzaamheid; welwillendheid; zachtaardigheid; zoetheid; zoetigheid
mimo geknuffel; liefkozing mime; mimiek; pantomime; pantomimespeler; verwennerij
suavidad gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid bijstand; clementie; compassie; goedaardigheid; goedertierenheid; hulp; liefheid; maatschappelijke hulpverlening; mildheid; ondersteuning; steun; welwillendheid; zoetheid
ternura gevoeligheid; hartelijkheid; innigheid; liefkozing; tederheid; zachtheid aandoenlijkheid; clementie; compassie; genegenheid; gevoeligheid; goedaardigheid; goedertierenheid; innigheid; liefde; mildheid; welwillendheid; zachtaardigheid

Verwandte Wörter für "liefkozing":

  • liefkozingen