Niederländisch
Detailübersetzungen für meeleven (Niederländisch) ins Spanisch
meeleven:
-
meeleven (invoelen; inleven; voelen)
sentir; pensar; imaginarse; creer; identiicarse con; compartir los sentimientos de; entender; intuir; experimentar; opinar-
sentir Verb
-
pensar Verb
-
imaginarse Verb
-
creer Verb
-
identiicarse con Verb
-
entender Verb
-
intuir Verb
-
experimentar Verb
-
opinar Verb
-
-
meeleven (meevoelen)
expresar su sentimiento; compadecerse; simpatizar; apiadarse; participar; dar el pésame; tomar parte-
compadecerse Verb
-
simpatizar Verb
-
apiadarse Verb
-
participar Verb
-
dar el pésame Verb
-
tomar parte Verb
-
meeleven (medeleven)
condolerse-
condolerse Verb
-
Konjugationen für meeleven:
o.t.t.
- leef mee
- leeft mee
- leeft mee
- leven mee
- leven mee
- leven mee
o.v.t.
- leefde mee
- leefde mee
- leefde mee
- leefden mee
- leefden mee
- leefden mee
v.t.t.
- heb meegeleefd
- hebt meegeleefd
- heeft meegeleefd
- hebben meegeleefd
- hebben meegeleefd
- hebben meegeleefd
v.v.t.
- had meegeleefd
- had meegeleefd
- had meegeleefd
- hadden meegeleefd
- hadden meegeleefd
- hadden meegeleefd
o.t.t.t.
- zal meeleven
- zult meeleven
- zal meeleven
- zullen meeleven
- zullen meeleven
- zullen meeleven
o.v.t.t.
- zou meeleven
- zou meeleven
- zou meeleven
- zouden meeleven
- zouden meeleven
- zouden meeleven
diversen
- leef mee!
- leeft mee!
- meegeleefd
- meelevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
meeleven