Niederländisch
Detailübersetzungen für uitflappen (Niederländisch) ins Spanisch
uitflappen:
-
uitflappen
delatar; cotillear; chismorrear; irse de la lengua-
delatar Verb
-
cotillear Verb
-
chismorrear Verb
-
irse de la lengua Verb
-
Übersetzung Matrix für uitflappen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
chismorrear | uitflappen | doorgeven; doorspelen; doorvertellen; klikken; rondbrieven; rondvertellen; verklappen; verklikken; verlinken; verraden |
cotillear | uitflappen | belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen |
delatar | uitflappen | aanbrengen; aangeven; babbelen; doorslaan; kakelen; klappen; kletsen; kwebbelen; kwekken; kwetteren; ontpoppen; overbrieven; praten; snateren; spreken; uit de school klappen; uitbrengen; verklappen; verklikken; verlinken; verraden; wauwelen; zwammen |
irse de la lengua | uitflappen | verspreken |