Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Spanisch ->übersetze wakker

übersetze wakker von Niederländische ins Spanisch

Übersicht

Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten

wakker:
- alegre; alerto; despierto; despejado; alerta
- guarda; protector
Wiktionary:
- wakker → despierto
- wakker → despierto, consciente, activo, vivo, alerta, atento

Niederländisch

Detailübersetzungen für wakker (Niederländisch) ins Spanisch

wakker:

wakker Adjektiv

wakker (vrolijk; blijmoedig; levendig; opgetogen; zonnig; lustig; opgewekt; uitgelaten; fideel; jolig; monter; dartel; kwiek; welgemoed; fleurig; blijgeestig; blij; opgeruimd; geestig; kleurig)
alegre
- alegre Adjektiv
wakker (oplettend; alert; uitgeslapen)
alerto
- alerto Adjektiv
wakker (ad rem; slagvaardig)
despierto; despejado; alerta
- despierto Adjektiv
- despejado Adjektiv
- alerta Adjektiv

wakker [znw.] Nomen

wakker (die wakker is)
el guarda; el protector
- guarda [el ~] Nomen
- protector [el ~] Nomen

Übersetzung Matrix für wakker:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
alerta		alarm; alert; hulpgeroep; hulpkreet; melding; noodkreet; waarschuwing
guarda	die wakker is; wakker	bewaker; cipier; dekblad; deurwachter; gevangenbewaarder; op wacht staan; poortwachter; portier; schildwacht; schutblad; suppoost; waak; wacht; wachter; wake
protector	die wakker is; wakker	beschermer; beschermheer; mecenas; patrones; toque; weldoener; wie beschermt
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
alegre	blij; blijgeestig; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; geestig; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; vrolijk; wakker; welgemoed; zonnig	bevredigd; bezet; blij; blijgestemd; blijmoedig; dartel; druk; drukbezet; fleurig; frivool; geagiteerd; genoeg; goed geluimd; goedgehumeurd; goedgeluimd; goedlachs; heugelijk; heuglijk; hooggekleurd; hups; jolig; kleurrijk; levendig; levenslustig; lichtzinnig; losbandig; losjes; luchthartig; luchtig; monter; opgetogen; opgewekt; speels; tevreden; tierig; uitgelaten; verblijd; verblijdend; vergenoegd; verheugd; verhit; verzadigd; voldaan; vrolijk; welgemoed; welgestemd; wuft
alerta	ad rem; slagvaardig; wakker	aandachtig; alert; bedachtzaam; behoedzaam; bezonnen; hoede; omzichtig; oplettend; opmerkzaam; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
alerto	alert; oplettend; uitgeslapen; wakker
despejado	ad rem; slagvaardig; wakker	duidelijk; helder; klaar; onbewolkt; overzichtelijk; verhelderend
despierto	ad rem; slagvaardig; wakker	adrem; behendig; bekwaam; bezet; bij de pinken; bijdehand; clever; druk; drukbezet; geagiteerd; gehaaid; geniaal; geslepen; gevat; gewiekst; goochem; handig; kien; kundig; leep; levendig; loos; pienter; raak; schrander; slim; sluw; snedig; spits; uitgekookt; uitgeslapen; vaardig; verhit; vernuftig; zoekgeraakt
protector		behoedend; beschermend; beveiligend

Verwandte Wörter für "wakker":

wakkerheid, wakkeren

Verwandte Definitionen für "wakker":

niet slapend¹
- Jan slaapt nog, maar Piet is al wakker¹
slim en fris¹
- Jan heeft meteen door hoe het in elkaar zit: het is een wakkere jongen¹

Wiktionary Übersetzungen für wakker:

wakker

adjective

niet in slaap, op
- wakker → despierto

Cross Translation:

From	To	Via
• wakker	→ despierto	↔ awake — conscious
• wakker	→ consciente	↔ conscious — alert, awake
• wakker	→ activo	↔ actif — Qui agir ou qui a la vertu d’agir.
• wakker	→ vivo	↔ vif — Qui est en vie.
• wakker	→ alerta; atento	↔ vigilant — Qui veille avec attention.
• wakker	→ despierto	↔ éveillé — Qui est gai, vif.

Verwandte Übersetzungen für wakker

¹Muiswerk Woordenboek