Übersicht
Niederländisch nach Französisch: mehr Daten
- wezenloos:
-
Wiktionary:
- wezenloosheid → abattement, apathie
- wezenloos → apathique
Niederländisch
Detailübersetzungen für wezenloosheid (Niederländisch) ins Französisch
wezenloos:
-
wezenloos (leeg; uitdrukkingsloos)
inexpressif; insondable; impénétrable; sans expression; d'une manière inexpressive; d'un air inexpressif-
inexpressif Adjektiv
-
insondable Adjektiv
-
impénétrable Adjektiv
-
sans expression Adjektiv
-
d'une manière inexpressive Adjektiv
-
d'un air inexpressif Adjektiv
-
-
wezenloos (uitdrukkingsloos; leeg; wazig; nietszeggend; glazig)
Übersetzung Matrix für wezenloos:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
d'un air inexpressif | leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos | |
d'une manière inexpressive | leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos | |
impénétrable | leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos | dicht; gesloten; ondoordringbaar; ondoordringbare; op slot; potdicht |
inexpressif | glazig; leeg; nietszeggend; uitdrukkingsloos; wazig; wezenloos | grondeloos; onpeilbaar |
insondable | leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos | eindeloos; grondeloos; onbevattelijk; ondoorgrondelijk; oneindig; onpeilbaar; peilloos; zonder einde |
sans expression | glazig; leeg; nietszeggend; uitdrukkingsloos; wazig; wezenloos |
Verwandte Wörter für "wezenloos":
Wiktionary Übersetzungen für wezenloosheid:
wezenloosheid
noun
-
diminution rapide, d’une durée plus ou moins longue, des forces physiques et des fonctions psychiques.
- abattement → loomheid; slapheid; traagheid; vadsigheid; slapte; stilstand; droefgeestigheid; melancholie; zwaarmoedigheid; weemoed; bedroefdheid; mistroostigheid; somberheid; afmatting; matheid; moeheid; vermoeidheid; vermoeienis; consternatie; ontsteltenis; verbijstering; verslagenheid; aftrek; apathie; dofheid; lusteloosheid; wezenloosheid; moedeloosheid
-
(vieilli) état d’une âme qui n’est susceptible d’aucune émotion.