Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
entêté
|
|
stijfhoofd; stijfkop
|
rebelle
|
|
herrieschopper; muiter; oproerkraaier; opstandeling; opstandelinge; rebel; rebelle; rustverstoorder; stokebrand
|
récalcitrant
|
|
weigeraar
|
révolte
|
|
oproer; opstand; opstootje; plotselinge omwenteling; rebellie; rel; sabotage; tegenstand; tegenwerking; verzet; volksoproer; volksopstand; vuistgevecht; weerstand
|
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
buté
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; stijfhoofdig; stijfkoppig
|
bokkig; eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverbiddelijk; onvermurwbaar
|
entêté
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; stijfhoofdig; stijfkoppig
|
bokkig; eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; hardleers; koppig; onbuigzaam; onverbiddelijk; onvermurwbaar
|
insoumis
|
bokkig; dwars; koppig; stijfhoofdig; weerbarstig; weerspannig
|
eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; onbuigzaam; onverzettelijk; stijfkoppig; stug; taai
|
insubordonné
|
bokkig; dwars; koppig; stijfhoofdig; weerbarstig; weerspannig
|
|
obstiné
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; weerbarstig
|
aanhoudend; bokkig; eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; hardnekkig; koppig; obstinaat; onbuigzaam; onverzettelijk; stijfkoppig; stug; taai; voortdurend
|
obstinément
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; weerbarstig
|
aanhoudend; eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig; hardnekkig; obstinaat; voortdurend
|
opiniâtre
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; opstandig; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; weerbarstig
|
eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig
|
opiniâtrement
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; stijfhoofdig; stijfkoppig
|
|
rebelle
|
bokkig; dwars; koppig; stijfhoofdig; weerbarstig; weerspannig
|
baanbrekend; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwillig; rebellerend; revolutionair; stijfkoppig; stug; taai; tegendraads; weerbarstig; weerspannig
|
récalcitrant
|
bokkig; dwars; koppig; opstandig; recalcitrant; stijfhoofdig; weerbarstig; weerspannig
|
eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; koppig; obstinaat; onbestuurbaar; onbuigzaam; ongehoorzaam; ongezeglijk; onhandelbaar; onverzettelijk; onwillig; rebellerend; stijfkoppig; stug; taai; tegendraads; weerbarstig; weerspannig
|
révolte
|
opstandig; recalcitrant; stijfhoofdig
|
|
tenace
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; stijfhoofdig; stijfkoppig
|
ferm; kordaat; onbuigzaam; onverzettelijk; onwankelbaar; onwrikbaar; pal; standvastig; stijfkoppig; stug; taai; vasthoudend; volhardend
|
têtu
|
halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; opstandig; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; weerbarstig
|
bokkig; eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; hardleers; koppig; obstinaat; onbuigzaam; onverzettelijk; onwillig; stijfkoppig; stug; taai; tegendraads; weerbarstig; weerspannig
|