Niederländisch
Detailübersetzungen für doorbetalen (Niederländisch) ins Französisch
doorbetalen:
-
doorbetalen
payer; continuer à payer-
payer Verb (paye, payes, payons, payez, payent, payais, payait, payions, payiez, payaient, payai, payas, paya, payâmes, payâtes, payèrent, payerai, payeras, payera, payerons, payerez, payeront)
-
continuer à payer Verb
-
Konjugationen für doorbetalen:
o.t.t.
- betaal door
- betaalt door
- betaalt door
- betalen door
- betalen door
- betalen door
o.v.t.
- betaalde door
- betaalde door
- betaalde door
- betaalden door
- betaalden door
- betaalden door
v.t.t.
- heb doorbetaald
- hebt doorbetaald
- heeft doorbetaald
- hebben doorbetaald
- hebben doorbetaald
- hebben doorbetaald
v.v.t.
- had doorbetaald
- had doorbetaald
- had doorbetaald
- hadden doorbetaald
- hadden doorbetaald
- hadden doorbetaald
o.t.t.t.
- zal doorbetalen
- zult doorbetalen
- zal doorbetalen
- zullen doorbetalen
- zullen doorbetalen
- zullen doorbetalen
o.v.t.t.
- zou doorbetalen
- zou doorbetalen
- zou doorbetalen
- zouden doorbetalen
- zouden doorbetalen
- zouden doorbetalen
en verder
- ben doorbetaald
- bent doorbetaald
- is doorbetaald
- zijn doorbetaald
- zijn doorbetaald
- zijn doorbetaald
diversen
- betaal door!
- betaalt door!
- doorbetaald
- doorbetalend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für doorbetalen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
continuer à payer | doorbetalen | |
payer | doorbetalen | aanzuiveren; afbetalen; afrekenen; bekostigen; belonen; betalen; bezoldigen; boeten; dokken; genoegdoen; honoreren; lonen; nabetalen; rekening betalen; salariëren; uitbetalen; vereffenen; verrekenen; voldoen |