Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. durven:
  2. durf:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für durven (Niederländisch) ins Französisch

durven:

durven Verb (durf, durft, durfde, durfden, gedurfd)

  1. durven (riskeren; wagen; avonturen)
    oser; risquer; hasarder; aventurer
    • oser Verb (ose, oses, osons, osez, )
    • risquer Verb (risque, risques, risquons, risquez, )
    • hasarder Verb (hasarde, hasardes, hasardons, hasardez, )
    • aventurer Verb (aventure, aventures, aventurons, aventurez, )

Konjugationen für durven:

o.t.t.
  1. durf
  2. durft
  3. durft
  4. durven
  5. durven
  6. durven
o.v.t.
  1. durfde
  2. durfde
  3. durfde
  4. durfden
  5. durfden
  6. durfden
v.t.t.
  1. heb gedurfd
  2. hebt gedurfd
  3. heeft gedurfd
  4. hebben gedurfd
  5. hebben gedurfd
  6. hebben gedurfd
v.v.t.
  1. had gedurfd
  2. had gedurfd
  3. had gedurfd
  4. hadden gedurfd
  5. hadden gedurfd
  6. hadden gedurfd
o.t.t.t.
  1. zal durven
  2. zult durven
  3. zal durven
  4. zullen durven
  5. zullen durven
  6. zullen durven
o.v.t.t.
  1. zou durven
  2. zou durven
  3. zou durven
  4. zouden durven
  5. zouden durven
  6. zouden durven
diversen
  1. durf!
  2. durft!
  3. gedurfd
  4. durvend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

durven [znw.] Nomen

  1. durven (wagen)
    le courage; l'audace

Übersetzung Matrix für durven:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
audace durven; wagen aanmatiging; brutaliteit; driestheid; durf; gewaagdheid; impertinentie; inbeelding; indiscretie; kloekheid; koenheid; laatdunkendheid; lef; moed; onbeschaamdheid; onbeschoftheid; onbeschroomdheid; onbesuisdheid; onkiesheid; onverschrokkenheid; onwelgevoegelijkheid; overmoed; roekeloosheid; schaamteloosheid; stoutmoedigheid; vermetelheid; verwaandheid; vrijpostigheid; waaghalzerij; zelfverheffing
courage durven; wagen dapperheid; driestheid; durf; gewaagdheid; heldenmoed; heldhaftigheid; kloekheid; koenheid; kranigheid; lef; moed; onversaagdheid; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aventurer avonturen; durven; riskeren; wagen avonturieren
hasarder avonturen; durven; riskeren; wagen avonturieren
oser avonturen; durven; riskeren; wagen aandurven; avonturieren
risquer avonturen; durven; riskeren; wagen avonturieren
- wagen

Verwandte Wörter für "durven":


Synonyms for "durven":


Antonyme für "durven":


Verwandte Definitionen für "durven":

  1. je niet door angst of onzekerheid laten tegenhouden1
    • Hij is niet bang, hij durft wel op de ladder.1

Wiktionary Übersetzungen für durven:

durven
verb
  1. ~ te de moed hebben iets te doen
durven
verb
  1. Être assez téméraire, assez hardi pour
  2. Avoir la hardiesse, l’audace de dire, de faire quelque chose.

Cross Translation:
FromToVia
durven oser dare — to have courage

durven form of durf:

durf [de ~ (m)] Nomen

  1. de durf (moed; gewaagdheid; lef)
    le courage; l'audace; la témérité; le culot; la bravoure; le cran; l'hardiesse

Übersetzung Matrix für durf:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
audace durf; gewaagdheid; lef; moed aanmatiging; brutaliteit; driestheid; durven; impertinentie; inbeelding; indiscretie; kloekheid; koenheid; laatdunkendheid; onbeschaamdheid; onbeschoftheid; onbeschroomdheid; onbesuisdheid; onkiesheid; onverschrokkenheid; onwelgevoegelijkheid; overmoed; roekeloosheid; schaamteloosheid; stoutmoedigheid; vermetelheid; verwaandheid; vrijpostigheid; waaghalzerij; wagen; zelfverheffing
bravoure durf; gewaagdheid; lef; moed bravoure; dapperheid; gebluf; grootspraak; heldenmoed; heldhaftigheid; koenheid; moed; onversaagdheid
courage durf; gewaagdheid; lef; moed dapperheid; driestheid; durven; heldenmoed; heldhaftigheid; kloekheid; koenheid; kranigheid; moed; onversaagdheid; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid; wagen
cran durf; gewaagdheid; lef; moed driestheid; inkeping; insnijding; jaap; kloekheid; koenheid; onverschrokkenheid; snede; snee; stoutmoedigheid; vermetelheid
culot durf; gewaagdheid; lef; moed driestheid; fitting; kloekheid; koenheid; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid
hardiesse durf; gewaagdheid; lef; moed dapperheid; driestheid; fermheid; heldenmoed; heldhaftigheid; kloekheid; koenheid; kordaatheid; manhaftigheid; moed; onversaagdheid; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid
témérité durf; gewaagdheid; lef; moed driestheid; frivoliteit; hupsheid; kloekheid; koenheid; lichtzinnigheid; onbesuisdheid; ondiepte; onverschrokkenheid; oppervlakkigheid; overmoed; roekeloosheid; stoutmoedigheid; vermetelheid; waaghalzerij

Verwandte Wörter für "durf":


Wiktionary Übersetzungen für durf:

durf
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. hardiesse excessif.
  3. Caractéristique de vaincre la peur, supporter la souffrance, braver le danger

Cross Translation:
FromToVia
durf culot; effronterie; toupet gall — impudence or brazenness