Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
affaires
|
gepeins; gepieker; geprakkizeer
|
aangelegenheden; affaires; bezigheden; bezigheid; bezittingen; commercie; dingen; eigendommen; goedje; handel; spullen; waar; zaakjes; zaken
|
considération
|
gepeins; meditatie; overdenking; overpeinzing
|
aanbidden; aanzien; achtbaarheid; achting; afwegen; afweging; beraad; bespiegeling; eerbied; eerbiedigen; eerbiediging; hoogachting; inachtneming; niveau; ontzag; ontzien; overdenking; overdenking met commentaar; overwegen; overweging; prestige; respect; status; verering; verheerlijking; verheffen; waardering
|
contemplation
|
gepeins; meditatie; overdenking; overpeinzing
|
aanschouwen; beschouwelijkheid; bespiegelen; bespiegeling; bezinning; contemplatie; heroverweging; observeren; overdenking met commentaar; zien
|
méditation
|
gemijmer; gepeins; meditatie; mijmering; overdenking; overpeinzing
|
bespiegeling; bezinning; heroverweging; overdenking met commentaar
|
réflexion
|
gemijmer; gepeins; meditatie; mijmering; overdenking; overpeinzing
|
afspiegeling; afweging; begrip; bespiegeling; bezinning; conceptie; denkbeeld; echo; gedachte; geluidsweerkaatsing; getob; gezichtspunt; heroverweging; idee; inkeer; interpretatie; inzicht; lezing; mening; mentale voorstelling; notie; oordeel; opinie; opvatting; overdenking; overdenking met commentaar; overweging; reflectie; spiegelbeeld; standpunt; tobben; visie; weergalm; weerklank; zienswijze
|
réflexions
|
gemijmer; gepeins
|
reflecties
|
rêverie
|
gemijmer; gepeins; mijmering
|
|
rêves éveillés
|
gemijmer; gepeins
|
|
soucis
|
gepeins; gepieker; geprakkizeer
|
bekommernis; beslommering; bezorgdheid; getob; kommer; moeilijkheden; ongerustheid; problemen; sores; verontrusting; zorg; zorgen
|
tracas
|
gepeins; gepieker; geprakkizeer
|
beslommering; conditie; drukte; heisa; krakeel; rompslomp; staat; toestand
|