Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. hoger worden:


Niederländisch

Detailübersetzungen für hoger worden (Niederländisch) ins Französisch

hoger worden:

hoger worden Verb (word hoger, wordt hoger, werd hoger, werden hoger, hoger geworden)

  1. hoger worden
    élever; augmenter en hauteur; dresser; s'élever; se hisser; s'agrandir
    • élever Verb (élève, élèves, élevons, élevez, )
    • dresser Verb (dresse, dresses, dressons, dressez, )
    • s'élever Verb
    • se hisser Verb
    • s'agrandir Verb

Konjugationen für hoger worden:

o.t.t.
  1. word hoger
  2. wordt hoger
  3. wordt hoger
  4. worden hoger
  5. worden hoger
  6. worden hoger
o.v.t.
  1. werd hoger
  2. werd hoger
  3. werd hoger
  4. werden hoger
  5. werden hoger
  6. werden hoger
v.t.t.
  1. ben hoger geworden
  2. bent hoger geworden
  3. is hoger geworden
  4. zijn hoger geworden
  5. zijn hoger geworden
  6. zijn hoger geworden
v.v.t.
  1. was hoger geworden
  2. was hoger geworden
  3. was hoger geworden
  4. waren hoger geworden
  5. waren hoger geworden
  6. waren hoger geworden
o.t.t.t.
  1. zal hoger worden
  2. zult hoger worden
  3. zal hoger worden
  4. zullen hoger worden
  5. zullen hoger worden
  6. zullen hoger worden
o.v.t.t.
  1. zou hoger worden
  2. zou hoger worden
  3. zou hoger worden
  4. zouden hoger worden
  5. zouden hoger worden
  6. zouden hoger worden
diversen
  1. word hoger!
  2. wordt hoger!
  3. hoger geworden
  4. hoger wordend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für hoger worden:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
s'élever klimmen; omhoogkomen; opstijgen; stijgen; stijging
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
augmenter en hauteur hoger worden
dresser hoger worden aanbrengen; aanleggen; arrangeren; bouwen; construeren; funderen; gaan staan; gronden; grondvesten; iets op touw zetten; installeren; instellen; invoeren; monteren en aansluiten; omhoogbrengen; omhoogkomen; oprichten; opstaan; opstijgen; optrekken; opvliegen; overeindzetten; plaatsen; rechtop zetten; regelen; stichten; temmen; verheffen
s'agrandir hoger worden aangroeien; aanwassen; aanwinnen; aanzwellen; de hoogte ingaan; gedijen; groeien; groter worden; omhoog komen; omhoog rijzen; omhooggaan; omhoogstijgen; opzetten; rijzen; stijgen; toenemen; vermeerderen
s'élever hoger worden aanwassen; de hoogte ingaan; erop vooruit gaan; gaan staan; in de lucht omhoogstijgen; naar boven tillen; omhoog komen; omhoog rijzen; omhoogheffen; omhoogkomen; omhoogrijzen; omhoogstijgen; oprijzen; opstaan; opstijgen; opstuiven; opvliegen; rijzen; stijgen; verheffen; vooruitkomen; vorderen
se hisser hoger worden omhoogkomen; opstijgen; opvliegen
élever hoger worden fokken; funderen; gronden; grondvesten; grootbrengen; heffen; hoger maken; instellen; invoeren; kweken; lichten; omhoog brengen; omhoog doen; omhoogheffen; omhoogkomen; opfokken; opheffen; ophogen; oprichten; opstijgen; optillen; opvliegen; opvoeden; stichten; tillen; verhogen; vormen

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für hoger worden