Niederländisch
Detailübersetzungen für insluipen (Niederländisch) ins Französisch
insluipen:
-
insluipen (ongemerkt binnendringen)
Konjugationen für insluipen:
o.t.t.
- sluip in
- sluipt in
- sluipt in
- sluipen in
- sluipen in
- sluipen in
o.v.t.
- sloop in
- sloop in
- sloop in
- slopen in
- slopen in
- slopen in
v.t.t.
- ben ingeslopen
- bent ingeslopen
- is ingeslopen
- zijn ingeslopen
- zijn ingeslopen
- zijn ingeslopen
v.v.t.
- was ingeslopen
- was ingeslopen
- was ingeslopen
- waren ingeslopen
- waren ingeslopen
- waren ingeslopen
o.t.t.t.
- zal insluipen
- zult insluipen
- zal insluipen
- zullen insluipen
- zullen insluipen
- zullen insluipen
o.v.t.t.
- zou insluipen
- zou insluipen
- zou insluipen
- zouden insluipen
- zouden insluipen
- zouden insluipen
en verder
- heb ingeslopen
- hebt ingeslopen
- heeft ingeslopen
- hebben ingeslopen
- hebben ingeslopen
- hebben ingeslopen
diversen
- sluip in!
- sluipt in!
- ingeslopen
- insluipend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für insluipen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
entrer furtivement | insluipen; ongemerkt binnendringen | |
pénétrer par escalade | insluipen; ongemerkt binnendringen | |
s'introduire | insluipen; ongemerkt binnendringen | binnendringen; binnenvallen; indringen; infiltreren; invallen; zich toegang verschaffen |
se glisser dans | insluipen; ongemerkt binnendringen | inschuiven; naar elkaar toe schuiven |