Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. minder maken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für minder maken (Niederländisch) ins Französisch

minder maken:

minder maken Verb (maak minder, maakt minder, maakte minder, maakten minder, minder gemaakt)

  1. minder maken (minimaliseren)
    minimiser; diminuer; écourter; réduire; raccourcir
    • minimiser Verb (minimise, minimises, minimisons, minimisez, )
    • diminuer Verb (diminue, diminues, diminuons, diminuez, )
    • écourter Verb (écourte, écourtes, écourtons, écourtez, )
    • réduire Verb (réduis, réduit, réduisons, réduisez, )
    • raccourcir Verb (raccourcis, raccourcit, raccourcissons, raccourcissez, )

Konjugationen für minder maken:

o.t.t.
  1. maak minder
  2. maakt minder
  3. maakt minder
  4. maken minder
  5. maken minder
  6. maken minder
o.v.t.
  1. maakte minder
  2. maakte minder
  3. maakte minder
  4. maakten minder
  5. maakten minder
  6. maakten minder
v.t.t.
  1. heb minder gemaakt
  2. hebt minder gemaakt
  3. heeft minder gemaakt
  4. hebben minder gemaakt
  5. hebben minder gemaakt
  6. hebben minder gemaakt
v.v.t.
  1. had minder gemaakt
  2. had minder gemaakt
  3. had minder gemaakt
  4. hadden minder gemaakt
  5. hadden minder gemaakt
  6. hadden minder gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal minder maken
  2. zult minder maken
  3. zal minder maken
  4. zullen minder maken
  5. zullen minder maken
  6. zullen minder maken
o.v.t.t.
  1. zou minder maken
  2. zou minder maken
  3. zou minder maken
  4. zouden minder maken
  5. zouden minder maken
  6. zouden minder maken
diversen
  1. maak minder!
  2. maakt minder!
  3. minder gemaakt
  4. minder makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für minder maken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
diminuer slijten; verslijten
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
diminuer minder maken; minimaliseren achteruitdeinzen; achteruitgaan; afnemen; bekorten; beperken; besparen; bezuinigen; dalen; declineren; inkorten; inkrimpen; inperken; kelderen; kleiner maken; kleiner worden; korten; korter maken; krimpen; matigen; met mate gebruiken; minder worden; minderen; minimaliseren; reduceren; slinken; tanen; terugdeinzen; teruggaan; terugschrikken; terugwijken; verkleinen; verkorten; verlagen; verminderen; vervallen; zakken
minimiser minder maken; minimaliseren bagatelliseren; kleiner maken; vergoelijken; verkleinen
raccourcir minder maken; minimaliseren afkorten; bekorten; besparen; bezuinigen; inkorten; kort knippen; kort maken; korte tijd blijven; korten; korter maken; matigen; verkorten
réduire minder maken; minimaliseren achteruitgaan; afkorten; afnemen; bekorten; beperken; besparen; bezuinigen; dalen; declineren; door koken dikker worden; indikken; inkorten; inkrimpen; inperken; kleiner maken; kleiner worden; korten; korter maken; krimpen; matigen; met mate gebruiken; minder worden; minderen; minimaliseren; omrekenen; reduceren; samenvouwen; slinken; tanen; teruggaan; verdikken; verkleinen; verkorten; verlagen; verminderen; vervallen
écourter minder maken; minimaliseren afkorten; bekorten; inkorten; korten; korter maken; verkorten

Verwandte Übersetzungen für minder maken