Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. obsederen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für obsedeer (Niederländisch) ins Französisch

obsederen:

obsederen Verb (obsedeer, obsedeert, obsedeerde, obsedeerden, geobsedeerd)

  1. obsederen
    obséder; fasciner; captiver
    • obséder Verb (obsède, obsèdes, obsédons, obsédez, )
    • fasciner Verb (fascine, fascines, fascinons, fascinez, )
    • captiver Verb (captive, captives, captivons, captivez, )

Konjugationen für obsederen:

o.t.t.
  1. obsedeer
  2. obsedeert
  3. obsedeert
  4. obsederen
  5. obsederen
  6. obsederen
o.v.t.
  1. obsedeerde
  2. obsedeerde
  3. obsedeerde
  4. obsedeerden
  5. obsedeerden
  6. obsedeerden
v.t.t.
  1. ben geobsedeerd
  2. bent geobsedeerd
  3. is geobsedeerd
  4. zijn geobsedeerd
  5. zijn geobsedeerd
  6. zijn geobsedeerd
v.v.t.
  1. was geobsedeerd
  2. was geobsedeerd
  3. was geobsedeerd
  4. waren geobsedeerd
  5. waren geobsedeerd
  6. waren geobsedeerd
o.t.t.t.
  1. zal obsederen
  2. zult obsederen
  3. zal obsederen
  4. zullen obsederen
  5. zullen obsederen
  6. zullen obsederen
o.v.t.t.
  1. zou obsederen
  2. zou obsederen
  3. zou obsederen
  4. zouden obsederen
  5. zouden obsederen
  6. zouden obsederen
diversen
  1. obsedeer!
  2. obsedeert!
  3. geobsedeerd
  4. obsederend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für obsederen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
captiver obsederen binden; boeien; fascineren; intrigeren; ketenen; kluisteren
fasciner obsederen begoochelen; boeien; fascineren; intrigeren
obséder obsederen boeien; fascineren; intrigeren

Wiktionary Übersetzungen für obsederen:

obsederen
verb
  1. in buitensporige, ziekelijke mate boeien
obsederen