Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. verbijsteren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verbijsteren (Niederländisch) ins Französisch

verbijsteren:

verbijsteren Verb (verbijster, verbijstert, verbijsterde, verbijsterden, verbijsterd)

  1. verbijsteren (verwonderen; verbazen; bevreemden)
    étonner; émerveiller; surprendre; s'étonner de
    • étonner Verb (étonne, étonnes, étonnons, étonnez, )
    • surprendre Verb (surprends, surprend, surprenons, surprenez, )

Konjugationen für verbijsteren:

o.t.t.
  1. verbijster
  2. verbijstert
  3. verbijstert
  4. verbijsteren
  5. verbijsteren
  6. verbijsteren
o.v.t.
  1. verbijsterde
  2. verbijsterde
  3. verbijsterde
  4. verbijsterden
  5. verbijsterden
  6. verbijsterden
v.t.t.
  1. heb verbijsterd
  2. hebt verbijsterd
  3. heeft verbijsterd
  4. hebben verbijsterd
  5. hebben verbijsterd
  6. hebben verbijsterd
v.v.t.
  1. had verbijsterd
  2. had verbijsterd
  3. had verbijsterd
  4. hadden verbijsterd
  5. hadden verbijsterd
  6. hadden verbijsterd
o.t.t.t.
  1. zal verbijsteren
  2. zult verbijsteren
  3. zal verbijsteren
  4. zullen verbijsteren
  5. zullen verbijsteren
  6. zullen verbijsteren
o.v.t.t.
  1. zou verbijsteren
  2. zou verbijsteren
  3. zou verbijsteren
  4. zouden verbijsteren
  5. zouden verbijsteren
  6. zouden verbijsteren
diversen
  1. verbijster!
  2. verbijstert!
  3. verbijsterd
  4. verbijsterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verbijsteren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
s'étonner de bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen
surprendre bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen bekruipen; betrappen; het gevoel krijgen; iemand overvallen met iets; iets onverwachts doen; opnemen; opvangen; overrompelen; overvallen; snappen; verrassen
émerveiller bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen
étonner bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen frapperen

Wiktionary Übersetzungen für verbijsteren:

verbijsteren
verb
  1. in verwarring of extreme verbazing brengen
verbijsteren
Cross Translation:
FromToVia
verbijsteren stupéfier; déconcerter bemuse — to confuse or bewilder
verbijsteren confondre confuse — to mix up; to puzzle; to bewilder
verbijsteren → [[rendre perplexe]] puzzle — to perplex