Niederländisch

Detailed Synonyms for haven in Niederländisch

haven:

haven [de ~] Nomen, Plural

  1. de haven
    de haven; het toevluchtsoord; de uitwijkplaats; het asiel; het vluchtoord; de wijkplaats; toevluchthaven; de vluchthaven; verbergplaats

Verwandte Wörter für "haven":

  • havenen, havens, haventje, haventjes, have

have:

have [de ~] Nomen

  1. de have
    de eigendom; de bezittingen; de have; de goederen; het bezit

Verwandte Wörter für "have":


Related Synonyms for haven