Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze opperst

Synonyms for "opperst" in Niederländisch

Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. opperst:
  2. oppersen:

Niederländisch

Detailed Synonyms for opperst in Niederländisch

opperst:

opperst Adjektiv

  1. opperst
    hoogst; allerhoogst; opperst
  2. opperst
    bovenst; opperst

opperst form of oppersen:

oppersen Verb (pers op, perst op, perste op, persten op, opgeperst)

  1. oppersen
    oppersen
    • oppersen Verb (pers op, perst op, perste op, persten op, opgeperst)

Konjugationen für oppersen:

o.t.t.
  1. pers op
  2. perst op
  3. perst op
  4. persen op
  5. persen op
  6. persen op
o.v.t.
  1. perste op
  2. perste op
  3. perste op
  4. persten op
  5. persten op
  6. persten op
v.t.t.
  1. heb opgeperst
  2. hebt opgeperst
  3. heeft opgeperst
  4. hebben opgeperst
  5. hebben opgeperst
  6. hebben opgeperst
v.v.t.
  1. had opgeperst
  2. had opgeperst
  3. had opgeperst
  4. hadden opgeperst
  5. hadden opgeperst
  6. hadden opgeperst
o.t.t.t.
  1. zal oppersen
  2. zult oppersen
  3. zal oppersen
  4. zullen oppersen
  5. zullen oppersen
  6. zullen oppersen
o.v.t.t.
  1. zou oppersen
  2. zou oppersen
  3. zou oppersen
  4. zouden oppersen
  5. zouden oppersen
  6. zouden oppersen
en verder
  3. is opgeperst
  6. zijn opgeperst
diversen
  1. pers op!
  2. perst op!
  5. opgeperst
  6. oppersend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze







Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0497 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden