Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. schot:


Niederländisch

Detailed Synonyms for schot in Niederländisch

schot:

schot [de ~ (m)] Nomen

  1. de schot
    de afscheiding; het beschot; de tussenmuur; de schot; het tussenschot

schot [het ~] Nomen

  1. het schot
    – keer dat je een kogel afvuurt 1
    het schot
    – keer dat je een kogel afvuurt 1
    • schot [het ~] Nomen
      • de vogel werd met één schot gedood1
  2. het schot
    – rechtopstaande wand 1
    het schot
    – rechtopstaande wand 1
    • schot [het ~] Nomen
      • er stond een schot tussen onze bedden1

Verwandte Wörter für "schot":


Verwandte Definitionen für "schot":

  1. keer dat je een kogel afvuurt1
    • de vogel werd met één schot gedood1
  2. rechtopstaande wand1
    • er stond een schot tussen onze bedden1

Related Synonyms for schot