Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. achteroverdrukken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für achteroverdrukken (Niederländisch) ins Schwedisch

achteroverdrukken:

achteroverdrukken Verb (druk achterover, drukt achterover, drukte achterover, drukten achterover, achterovergedrukt)

  1. achteroverdrukken (stelen; pikken; verdonkeremanen; )
    stjäla
    • stjäla Verb (stjäler, stal, stulit)
  2. achteroverdrukken (ontvreemden; stelen; jatten; )
    stjäla; nypa; knycka
    • stjäla Verb (stjäler, stal, stulit)
    • nypa Verb (nypar, nypade, nypat)
    • knycka Verb (knycker, knyckte, knyckt)
  3. achteroverdrukken (stelen; pikken; verduisteren; )
    stjäla; sno; snatta; knycka
    • stjäla Verb (stjäler, stal, stulit)
    • sno Verb (snor, snodde, snott)
    • snatta Verb (snattar, snattade, snattat)
    • knycka Verb (knycker, knyckte, knyckt)

Konjugationen für achteroverdrukken:

o.t.t.
  1. druk achterover
  2. drukt achterover
  3. drukt achterover
  4. drukken achterover
  5. drukken achterover
  6. drukken achterover
o.v.t.
  1. drukte achterover
  2. drukte achterover
  3. drukte achterover
  4. drukten achterover
  5. drukten achterover
  6. drukten achterover
v.t.t.
  1. heb achterovergedrukt
  2. hebt achterovergedrukt
  3. heeft achterovergedrukt
  4. hebben achterovergedrukt
  5. hebben achterovergedrukt
  6. hebben achterovergedrukt
v.v.t.
  1. had achterovergedrukt
  2. had achterovergedrukt
  3. had achterovergedrukt
  4. hadden achterovergedrukt
  5. hadden achterovergedrukt
  6. hadden achterovergedrukt
o.t.t.t.
  1. zal achteroverdrukken
  2. zult achteroverdrukken
  3. zal achteroverdrukken
  4. zullen achteroverdrukken
  5. zullen achteroverdrukken
  6. zullen achteroverdrukken
o.v.t.t.
  1. zou achteroverdrukken
  2. zou achteroverdrukken
  3. zou achteroverdrukken
  4. zouden achteroverdrukken
  5. zouden achteroverdrukken
  6. zouden achteroverdrukken
diversen
  1. druk achterover!
  2. drukt achterover!
  3. achterovergedrukt
  4. achteroverdrukkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für achteroverdrukken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
nypa afsnoepen; kneep; knijpen
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
knycka achterhouden; achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken
nypa achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; vervreemden; wegkapen; wegpikken drukken; knellen; strak zitten; vastknijpen
snatta achterhouden; achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken
sno achterhouden; achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken gappen; kroelen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken
stjäla achterhouden; achteroverdrukken; afnemen; benemen; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken afsnoepen; gappen; ladelichten; ontstelen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken