Niederländisch
Detailübersetzungen für genegenheid (Niederländisch) ins Schwedisch
genegenheid:
-
de genegenheid (liefde; innigheid)
-
de genegenheid (toegenegenheid)
-
de genegenheid (inclinatie)
-
de genegenheid (toewijding; devotie; overgave; inzet; toegewijdheid; trouw; zorgzaamheid; ijver)
Übersetzung Matrix für genegenheid:
Verwandte Wörter für "genegenheid":
genegen:
-
genegen
villig; villigt; beredvillig; beredvilligt; tjänstvilligt-
villig Adjektiv
-
villigt Adjektiv
-
beredvillig Adjektiv
-
beredvilligt Adjektiv
-
tjänstvilligt Adjektiv
-
Übersetzung Matrix für genegen:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
beredvillig | genegen | goedwillig; welwillend |
beredvilligt | genegen | behulpzaam; bereidwillig; gedienstig; goedwillig; inschikkelijk; welwillend |
tjänstvilligt | genegen | behulpzaam; bereidwillig; dienstbaar; dienstvaardig; dienstwillig; gedienstig; inschikkelijk; tegemoetkomend; toeschietelijk; welwillend; willig |
villig | genegen | bereid; bereidvaardig; bereidwillig; dolgraag; gewillig; volgaarne; welwillend |
villigt | genegen | bereid; bereidvaardig; bereidwillig; gewillig; welwillend |