Niederländisch
Detailübersetzungen für induwen (Niederländisch) ins Schwedisch
induwen:
-
induwen (indrukken)
Konjugationen für induwen:
o.t.t.
- duw in
- duwt in
- duwt in
- duwen in
- duwen in
- duwen in
o.v.t.
- duwde in
- duwde in
- duwde in
- duwden in
- duwden in
- duwden in
v.t.t.
- heb ingeduwd
- hebt ingeduwd
- heeft ingeduwd
- hebben ingeduwd
- hebben ingeduwd
- hebben ingeduwd
v.v.t.
- had ingeduwd
- had ingeduwd
- had ingeduwd
- hadden ingeduwd
- hadden ingeduwd
- hadden ingeduwd
o.t.t.t.
- zal induwen
- zult induwen
- zal induwen
- zullen induwen
- zullen induwen
- zullen induwen
o.v.t.t.
- zou induwen
- zou induwen
- zou induwen
- zouden induwen
- zouden induwen
- zouden induwen
en verder
- ben ingeduwd
- bent ingeduwd
- is ingeduwd
- zijn ingeduwd
- zijn ingeduwd
- zijn ingeduwd
diversen
- duw in!
- duwt in!
- ingeduwd
- induwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für induwen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
buckla in | indrukken; induwen | |
trycka in | indrukken; induwen | butsen; een deuk maken in; indeuken; inpersen; inschuiven; naar elkaar toe schuiven |