Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten
- kuilen:
- kuil:
-
Wiktionary:
- kuil → grop, dike, vallgrav, fästningsgrav
Niederländisch
Detailübersetzungen für kuilen (Niederländisch) ins Schwedisch
kuilen:
-
kuilen
Konjugationen für kuilen:
o.t.t.
- kuil
- kuilt
- kuilt
- kuilen
- kuilen
- kuilen
o.v.t.
- kuilde
- kuilde
- kuilde
- kuilden
- kuilden
- kuilden
v.t.t.
- heb gekuild
- hebt gekuild
- heeft gekuild
- hebben gekuild
- hebben gekuild
- hebben gekuild
v.v.t.
- had gekuild
- had gekuild
- had gekuild
- hadden gekuild
- hadden gekuild
- hadden gekuild
o.t.t.t.
- zal kuilen
- zult kuilen
- zal kuilen
- zullen kuilen
- zullen kuilen
- zullen kuilen
o.v.t.t.
- zou kuilen
- zou kuilen
- zou kuilen
- zouden kuilen
- zouden kuilen
- zouden kuilen
en verder
- is gekuild
diversen
- kuil!
- kuilt!
- gekuild
- kuilend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für kuilen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
lägga ned i grop | kuilen |
Verwandte Wörter für "kuilen":
kuilen form of kuil:
-
de kuil (uitholling)
Übersetzung Matrix für kuil:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
hål | kuil; uitholling | barst; compartiment; coupé; gaatje; gat; groef; groeve; inkeping; kloof; lek; lekken; mijn; mijngroeve; opening; reet; scheur; split; tanding; uitsparing; waterlek |
hålighet | kuil; uitholling | barst; gat; gewrichtsholte; gewrichtskom; groef; hol; holheid; holle ruimte; inkeping; kloof; kom; leegheid; opening; reet; scheur; split; uitsparing; voosheid |
öppning | kuil; uitholling | doorvaarthoogte; geschutpoort; openstelling |