Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. omhoogsteken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für omhoogsteken (Niederländisch) ins Schwedisch

omhoogsteken:

omhoogsteken Verb (steek omhoog, steekt omhoog, stak omhoog, staken omhoog, omhooggestoken)

  1. omhoogsteken (in de hoogte steken)
    sticka upp; stå på ända
    • sticka upp Verb (sticker upp, stack upp, stuckit upp)
    • stå på ända Verb (står på ända, stod på ända, stått på ända)

Konjugationen für omhoogsteken:

o.t.t.
  1. steek omhoog
  2. steekt omhoog
  3. steekt omhoog
  4. steken omhoog
  5. steken omhoog
  6. steken omhoog
o.v.t.
  1. stak omhoog
  2. stak omhoog
  3. stak omhoog
  4. staken omhoog
  5. staken omhoog
  6. staken omhoog
v.t.t.
  1. heb omhooggestoken
  2. hebt omhooggestoken
  3. heeft omhooggestoken
  4. hebben omhooggestoken
  5. hebben omhooggestoken
  6. hebben omhooggestoken
v.v.t.
  1. had omhooggestoken
  2. had omhooggestoken
  3. had omhooggestoken
  4. hadden omhooggestoken
  5. hadden omhooggestoken
  6. hadden omhooggestoken
o.t.t.t.
  1. zal omhoogsteken
  2. zult omhoogsteken
  3. zal omhoogsteken
  4. zullen omhoogsteken
  5. zullen omhoogsteken
  6. zullen omhoogsteken
o.v.t.t.
  1. zou omhoogsteken
  2. zou omhoogsteken
  3. zou omhoogsteken
  4. zouden omhoogsteken
  5. zouden omhoogsteken
  6. zouden omhoogsteken
en verder
  1. ben omhooggestoken
  2. bent omhooggestoken
  3. is omhooggestoken
  4. zijn omhooggestoken
  5. zijn omhooggestoken
  6. zijn omhooggestoken
diversen
  1. steek omhoog!
  2. steekt omhoog!
  3. omhooggestoken
  4. omhoogstekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für omhoogsteken:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
sticka upp in de hoogte steken; omhoogsteken
stå på ända in de hoogte steken; omhoogsteken