Niederländisch

Detailübersetzungen für onverkwikkelijk (Niederländisch) ins Schwedisch

onverkwikkelijk:

onverkwikkelijk Adjektiv

  1. onverkwikkelijk (stuitend)
  2. onverkwikkelijk (goor; walgelijk; weerzinwekkend; )
  3. onverkwikkelijk (onaangenaam; hinderlijk; onplezierig; )
    otrevlig; otrevligt

Übersetzung Matrix für onverkwikkelijk:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
motbjudande viesheid; walgelijkheid
smutsigt goorheid; groezeligheid; vuilheid
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
förorenad goor; onverkwikkelijk; ranzig; smerig; stuitend; vies; walgelijk; weerzinwekkend
motbjudande onverkwikkelijk; stuitend onappetijtelijk; onsmakelijk; walgelijk
motbjudandet onverkwikkelijk; stuitend
oangenämt onverkwikkelijk; stuitend genant; onbehaaglijk; ongemakkelijk; onprettig; onwennig; opgelaten; pijnlijk
obehaglig onverkwikkelijk; stuitend beangstigend; eng; ongemakkelijk; opgelaten
obehagligt onverkwikkelijk; stuitend beangstigend; eng; oncomfortabel; ongemakkelijk; ongerieflijk; opgelaten
osmaklig onverkwikkelijk; stuitend muf; onappetijtelijk; onfris; onsmakelijk; walgelijk
osmakligt onverkwikkelijk; stuitend muf; onappetijtelijk; onfris; onsmakelijk; walgelijk
otrevlig hinderlijk; lastig; naar; onaangenaam; ongelegen; onplezierig; onverkwikkelijk; storend afstotend; gemeen; lelijk; lelijk uitziend; min; onaantrekkelijk; onbehaaglijk; ongezellig; slecht; vals
otrevligt hinderlijk; lastig; naar; onaangenaam; ongelegen; onplezierig; onverkwikkelijk; storend afstotend; gemeen; lelijk; lelijk uitziend; min; onaantrekkelijk; onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend; slecht; vals
riktigt smutsig goor; onverkwikkelijk; ranzig; smerig; stuitend; vies; walgelijk; weerzinwekkend
riktigt smutsigt goor; onverkwikkelijk; ranzig; smerig; stuitend; vies; walgelijk; weerzinwekkend
smutsigt goor; onverkwikkelijk; ranzig; smerig; stuitend; vies; walgelijk; weerzinwekkend baggerig; banaal; bedoezeld; bevlekt; drabbig; drassig; groezelig; laag; met vuil bemorst; modderig; morsig; pruttig; ranzig; slibachtig; slibberig; slijkerig; slonzig; slordig; smerig; smoezelig; vies; viezig; vlekkig; voddig; vuig; vuil; vunzig; zwijnachtig
vidrigt onverkwikkelijk; stuitend afstotelijk voor zintuigen; gedrochtelijk; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; lelijk; lelijk uitziend; misvormd; monsterlijk; onappetijtelijk; onsmakelijk; walgelijk; wanstaltig
äcklig goor; onverkwikkelijk; ranzig; smerig; stuitend; vies; walgelijk; weerzinwekkend
äckligt goor; onverkwikkelijk; ranzig; smerig; stuitend; vies; walgelijk; weerzinwekkend afstotelijk voor zintuigen; bedoezeld; beroerd; doodmisselijk; doodziek; groezelig; kotsmisselijk; lelijk; morsig; smoezelig; viezig

Verwandte Wörter für "onverkwikkelijk":

  • onverkwikkelijkheid, onverkwikkelijke