Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten
- overtrek:
-
overtrekken:
- dölja; täcka över; spåra; följa efter; klä; täcka; isolera; hölja; bekläda
- spåring
- Wiktionary:
Niederländisch
Detailübersetzungen für overtrek (Niederländisch) ins Schwedisch
overtrek:
-
de overtrek
Übersetzung Matrix für overtrek:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
betäckning | overtrek | afdekkap; dak; dekplaat; kap; koepel; overdekking; overkapping |
bokomslag | overtrek | boekomslag; kaft; omslag |
täcke | overtrek | beddekleedje; dekbed |
Verwandte Wörter für "overtrek":
overtrek form of overtrekken:
-
overtrekken (bedekken; bekleden)
-
overtrekken (met pen overtekenen)
-
overtrekken (van bekleding voorzien; bekleden; stofferen)
Konjugationen für overtrekken:
o.t.t.
- overtrek
- overtrekt
- overtrekt
- overtrekken
- overtrekken
- overtrekken
o.v.t.
- overtrok
- overtrok
- overtrok
- overtrokken
- overtrokken
- overtrokken
v.t.t.
- heb overtrokken
- hebt overtrokken
- heeft overtrokken
- hebben overtrokken
- hebben overtrokken
- hebben overtrokken
v.v.t.
- had overtrokken
- had overtrokken
- had overtrokken
- hadden overtrokken
- hadden overtrokken
- hadden overtrokken
o.t.t.t.
- zal overtrekken
- zult overtrekken
- zal overtrekken
- zullen overtrekken
- zullen overtrekken
- zullen overtrekken
o.v.t.t.
- zou overtrekken
- zou overtrekken
- zou overtrekken
- zouden overtrekken
- zouden overtrekken
- zouden overtrekken
diversen
- overtrek!
- overtrekt!
- overtrokken
- overtrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für overtrekken:
Verwandte Wörter für "overtrekken":
Wiktionary Übersetzungen für overtrekken:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• overtrekken | → betäcka; hölja; skyla; täcka; övertäcka | ↔ recouvrir — Couvrir de nouveau. (Sens général) |
• overtrekken | → tacka ja till | ↔ revêtir — pourvoir de vêtements quelqu’un qui en a besoin. |
• overtrekken | → tapetsera | ↔ tapisser — revêtir, orner de tapisserie les murailles d’une salle, d’une chambre, etc. note Se dit en parlant de la salle, de la pièce ou en parlant des choses qui les couvrent ou les tapissent. |