Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. smoren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für smoren (Niederländisch) ins Schwedisch

smoren:

smoren Verb (smoor, smoort, smoorde, smoorden, gesmoord)

  1. smoren (doven; uitblussen; uitdoven)
    släcka; sätta ut
    • släcka Verb (släckar, släckade, släckat)
    • sätta ut Verb (sätter ut, satte ut, sa1tt ut)
  2. smoren (op vuur pruttelen; sudderen; pruttelen; stoffen)
    göra en gryta
    • göra en gryta Verb (gör en gryta, gjorde en gryta, gjort en gryta)
  3. smoren (iem. verstikken)
    kväva någon
    • kväva någon Verb (kväver någon, kvävde någon, kvävt någon)

Konjugationen für smoren:

o.t.t.
  1. smoor
  2. smoort
  3. smoort
  4. smoren
  5. smoren
  6. smoren
o.v.t.
  1. smoorde
  2. smoorde
  3. smoorde
  4. smoorden
  5. smoorden
  6. smoorden
v.t.t.
  1. heb gesmoord
  2. hebt gesmoord
  3. heeft gesmoord
  4. hebben gesmoord
  5. hebben gesmoord
  6. hebben gesmoord
v.v.t.
  1. had gesmoord
  2. had gesmoord
  3. had gesmoord
  4. hadden gesmoord
  5. hadden gesmoord
  6. hadden gesmoord
o.t.t.t.
  1. zal smoren
  2. zult smoren
  3. zal smoren
  4. zullen smoren
  5. zullen smoren
  6. zullen smoren
o.v.t.t.
  1. zou smoren
  2. zou smoren
  3. zou smoren
  4. zouden smoren
  5. zouden smoren
  6. zouden smoren
en verder
  1. ben gesmoord
  2. bent gesmoord
  3. is gesmoord
  4. zijn gesmoord
  5. zijn gesmoord
  6. zijn gesmoord
diversen
  1. smoor!
  2. smoort!
  3. gesmoord
  4. smorend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für smoren:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
sätta ut bezwering; geestenbezwering; uitbanning
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
göra en gryta op vuur pruttelen; pruttelen; smoren; stoffen; sudderen
kväva någon iem. verstikken; smoren
släcka doven; smoren; uitblussen; uitdoven afzetten; blussen; doven; lessen; stillen; uitblussen; uitdoen; uitdoven; uitdraaien; uitmaken; uitschakelen; uitzetten
sätta ut doven; smoren; uitblussen; uitdoven aanbesteden; uitbesteden

Wiktionary Übersetzungen für smoren:


Cross Translation:
FromToVia
smoren röka smoke — to inhale and exhale tobacco smoke regularly or habitually
smoren stuva stew — to cook (food)