Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. verwonderen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verwonderen (Niederländisch) ins Schwedisch

verwonderen:

verwonderen Verb (verwonder, verwondert, verwonderde, verwonderden, verwonderd)

  1. verwonderen (verbazen; verbijsteren; bevreemden)
    förvåna; förbluffa; överraska
    • förvåna Verb (förvånar, förvånade, förvånat)
    • förbluffa Verb (förbluffar, förbluffade, förbluffat)
    • överraska Verb (överraskar, överraskade, överraskat)
  2. verwonderen (afvragen)
    fråga; undra
    • fråga Verb (frågar, frågade, frågat)
    • undra Verb (undrar, undrade, undrat)

Konjugationen für verwonderen:

o.t.t.
  1. verwonder
  2. verwondert
  3. verwondert
  4. verwonderen
  5. verwonderen
  6. verwonderen
o.v.t.
  1. verwonderde
  2. verwonderde
  3. verwonderde
  4. verwonderden
  5. verwonderden
  6. verwonderden
v.t.t.
  1. heb verwonderd
  2. hebt verwonderd
  3. heeft verwonderd
  4. hebben verwonderd
  5. hebben verwonderd
  6. hebben verwonderd
v.v.t.
  1. had verwonderd
  2. had verwonderd
  3. had verwonderd
  4. hadden verwonderd
  5. hadden verwonderd
  6. hadden verwonderd
o.t.t.t.
  1. zal verwonderen
  2. zult verwonderen
  3. zal verwonderen
  4. zullen verwonderen
  5. zullen verwonderen
  6. zullen verwonderen
o.v.t.t.
  1. zou verwonderen
  2. zou verwonderen
  3. zou verwonderen
  4. zouden verwonderen
  5. zouden verwonderen
  6. zouden verwonderen
diversen
  1. verwonder!
  2. verwondert!
  3. verwonderd
  4. verwonderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verwonderen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fråga interpellatie; issue; kwestie; punt; query; substantie; vraag
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fråga afvragen; verwonderen bidden; navragen; onderzoeken; smeken; speuren; verzoeken; vorsen; vraag stellen; vragen
förbluffa bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen overbluffen; overdonderen; verbluffen
förvåna bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen
undra afvragen; verwonderen dwalen; onderzoeken; speuren; vorsen
överraska bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen iemand overvallen met iets; iets onverwachts doen; ontstellen; verontrusten; verrassen
- verbazen

Synonyms for "verwonderen":


Verwandte Definitionen für "verwonderen":

  1. ervan opzien omdat je het niet verwacht1
    • het verwondert me dat hij zoveel geduld heeft1

Wiktionary Übersetzungen für verwonderen:


Cross Translation:
FromToVia
verwonderen förvåna étonner — (term, sens étymologique concret) ébranler à la manière du tonnerre.

Verwandte Übersetzungen für verwonderen